All manuals and user guides at all-guides.com
4
Voorbereiding op de inhalatie
- Bij het eerste gebruik, telkens als het apparaat opnieuw wordt
gebruikt en nadat het apparaat gedurende langere tijd niet werd
gebruikt, dient u deze hygiënische voorschriften in acht te nemen.
- Controleer of de vernevelaar na de laatste behandeling werd
gereinigd, gedesinfecteerd en eventueel gesteriliseerd (zie
hoofdstuk 6 "Hygiënische maatregelen voor hergebruik").
4.1 Montage van de vernevelaar
Afbeelding A:
De componenten van de vernevelaar dienen als volgt te worden gemonteerd:
• Steek de luchtsturingsklem (10) tot de aanslag op de sproeier (9) en steek
vervolgens beide van onderen in de medicamentenbeker (5).
• Plaats de medicamentenbeker in het onderste deel van de vernevelaar (8).
• Schroef het bovenste deel van de vernevelaar (4) op het onderste deel van
de vernevelaar.
• Steek de schoorsteen (3) in het bovenste deel van de vernevelaar.
• Steek het inademventiel (1) met ventielplaatje (2) op de schoorsteen.
• Steek de LL adapter (6) op het onderste deel van de vernevelaar (8) en
sluit de aansluitslang (12) aan op de LL adapter en op de compressor of
op de PARI CENTRAL.
• Bevestig het mondstuk (11) resp. het kinder- of volwassenenmasker (13).
Veiligheidsinstructie voor het kinder- en volwassenenmasker
soft:
let er vóór elk gebruik beslist op dat het plaatje van het uitademven-
tiel van uw masker naar buiten is gedrukt (zie afbeelding C).
De inhalatie met het mondstuk is de meest efficiënte vorm van inhalatie,
omdat hiermee het minste medicamentenverlies tijdens de weg naar de lon-
gen optreedt. Als het niet mogelijk is een mondstuk te gebruiken of als de
patiënt de voorkeur geeft aan een maskerinhalatie, zijn bij PARI de nodige
accessoires verkrijgbaar.
176