ONDERHOUD
9.2 INBEDRIJFSTELLINGSPROCEDURE
•
Wanneer de installatie voltooid is en alle nodig instellingen
(DIP-switches op de PCB's en configuratie van
gebruikersinterface) zijn uitgevoerd, sluit u de elektrische box
en plaatst u de box zoals weergegeven in de handleiding.
•
Selecteer de verwarmingsmodus in de unitbesturing.
10 ONDERHOUD
!
L E T O P
De volgende procedures moeten allemaal worden uitgevoerd door een erkend technicus.
10.1 ALGEMENE PROCEDURE
Om een goede en betrouwbare werking van de warmwaterketel
te garanderen, moeten de onderdelen en de bedrading
regelmatig worden gecontroleerd.
!
L E T O P
•
Alle inspecties en controles van de warmwaterketel moeten worden
uitgevoerd door een erkend technicus en mogen niet door de
gebruiker zelf worden uitgevoerd.
•
Controleer voor elke inspectie of de netvoeding naar de
warmwaterketel is uitgeschakeld. Daarvoor moet de netvoeding naar
de binnenunit worden uitgeschakeld.
•
Controleer of ook de netvoeding naar de buitenunit is uitgeschakeld
voordat u met reparatiewerken begint.
De volgende controles moeten minstens eenmaal per jaar door
een erkend technicus worden uitgevoerd:
1 Debiet en druk van warm tapwater: controleer of het water in
heel het warmtapwatercircuit correct stroomt en of er geen
daling in de druk of in het debiet bestaat.
2 Waterlekkage: controleer of er geen waterlekken in het
hoofdwatercircuit voorkomen. Controleer alle verbindingen,
aansluitingen en circuitsegmenten.
10.2 ONTKALKEN
De waterkwaliteit en de ingestelde temperatuur
kunnen de ophoping van kalk op het oppervlak van het
verwarmingselement van de warmwaterketel bevorderen, wat de
werking van de warmtewisselaar en van de unit kan aantasten.
?
O P M E R K I N G
Op regelmatige tijdstippen, afhankelijk van de kwaliteit van het water,
moet het systeem worden ontkalkt.
Controleer tijdens onderhoudswerken het kalkniveau, om de
betrouwbaarheid van de unit te garanderen.
191
PMML0344B rev.2 - 01/2021
•
Laat de unit proefdraaien zoals beschreven in het hoofdstuk
Binnenunit proefdraaien.
•
Nadat het proefdraaien is voltooid, start u of de volledige unit
of het geselecteerde circuit op door op de start/stop-knop te
drukken.
3 Veiligheidsklep: controleer of de veiligheidsklep
(drukafblaasklep) op het watercircuit van de warmwaterketel
correct werkt.
4 Vastheid van verbindingspunten: controleer de
verbindingspunten van de warmwaterketel. Als de
warmwaterketel boven op de binnenunit is geïnstalleerd,
controleer dan de verbindingspunten tussen de
warmwaterketel en de binnenunit. Als de warmwaterketel
naast de binnenunit is geïnstalleerd, controleer dan de
voeten van de warmwaterketel. De warmwaterketel moet
altijd verticaal staan en moet stevig op de muur bevestigd
zijn met behulp van het meegeleverde accessoire, om de
stabiliteit te garanderen.
?
O P M E R K I N G
Al deze onderhoudswerken moeten met geschikt materiaal en in
overeenstemming met deze handleiding worden uitgevoerd.
Ontkalk indien nodig het systeem als volgt:
1 Schakel de netvoeding naar de binnenunit uit.
2 Laat de warmwaterketel leeglopen zoals beschreven in het
hoofdstuk "10.3 Drainage".
3 Ontkalk het verwarmingsbatterij.
4 Controleer of de kwaliteit van het water in overeenstemming
blijft met de Europese Richtlijn 98/83 EC.