Dräger Pulsar 7000 Serie Notice D'utilisation page 214

nl Omschrijving
3.2.2 4 tot 20 mA-interface
De 4 tot 20 mA-interface is zo geconfigureerd dat automatisch wordt herkend of de ontvanger als stroom-sink of als stroombron
wordt gebruikt (fabrieksinstelling).
Wanneer de 4 tot 20 mA-signaallijn is aangesloten op 0 V (gnd), wordt de ontvanger na inschakeling automatisch als stroombron
gebruikt. Wanneer de 4 tot 20 mA-signaallijn is aangesloten op de voedingsspanning (Power+), wordt de ontvanger na
inschakeling automatisch als stroom-sink gebruikt. Dit is configureerbaar. Het systeem kan vast op stroom-sink of stroombron
worden ingesteld. Automatische herkenning is dan uitgesloten.De volgende waarden voor de verschillende toestanden gelden
voor alle beschreven configuraties.
De 4 tot 20 mA-interface signaleert de volgende toestanden:
Toestand
Meetwaarde-uitgifte
Overschrijding meetbereik
Onderschrijding meetbereik
Waarschuwing
Onderhoud
Fout
Beam-block
a) bij gebruik van de SIL Lock: 0,5 tot 3,5 mA
De toestand "Onderhoud" kan door verschillende onderhoudsfuncties worden getriggerd. De onderhoudsfuncties worden
kenbaar gemaakt met een knipperpatroon van de LEDs. In de onderhoudsmodus beëindigt het gaswaarschuwingssysteem de
geactiveerde onderhoudsfuncties na 60 minuten vanzelf en keert automatisch terug naar de meetmodus.
De transmitter heeft geen 4 tot 20 mA-interface. De toestanden "Waarschuwing" of "Fout" op de transmitter worden
doorgezonden naar de ontvanger wanneer de DIGITAL LINK-verbinding is geïnstalleerd.
3.3 Beoogd gebruik
Het gaswaarschuwingssysteem wordt gebruikt voor de stationaire, continue bewaking van zones waarin koolwaterstofhoudende,
brandbare gassen en dampen kunnen optreden.
Het gaswaarschuwingssysteem is geschikt voor gebruik in omgevingen met explosiegevaar.
3.4 Beperkingen van het beoogd gebruik
Het gaswaarschuwingssysteem is niet geschikt voor bewaking van zones waarin de temperatuur of de druk afwijken van de in
hoofdstuk 8 op pagina 232 gespecificeerde omgevingscondities.
Het gaswaarschuwingssysteem mag niet worden gebruikt in atmosferen die verrijkt zijn met zuurstof.
3.5 Toelatingen
Zie het aanvullingsdocument 9033710 voor informatie over toelatingen.
3.6 SIL (Safety Integrity Level)
Het gaswaarschuwingssysteem is SIL2-gecertificeerd. Voor een SIL-conforme werking moet het gaswaarschuwingssysteem
worden beschermd tegen toevallige of ongeoorloofde configuratiewijzigingen. Hiervoor moet SIL LOCK worden geactiveerd. Er
zijn twee wachtwoorden beschikbaar.
Voor toepassingen met Safety Integrity Level de Safety Manual 9033709 lezen.
214
Fabrieksinstelling
>3,8 mA ... <20,5 mA
≥20,5 mA
3,8 mA
3,5 mA
3,0 mA
1,0 mA
2,0 mA
Configureerbaar
nee
nee
nee
ja
ja
ja
ja
Configureerbaar bereik
a)
0,5 tot 5 mA
0,5 tot 3,2 mA
0,5 tot 3,2 mA
0,5 tot 3,2 mA