Nomenclature
Vue frontale de Inhalog 2 plus
1 Bouton de commande »Trigger« pour
démarrer l'inspiration avec une pres-
sion négative.
Possibilité de démarrage manuel en
tirant brièvement sur le bouton.
2 Bouton de commande »Rexp« pour
régler une résistance expiratoire.
3 Bouton de commande »Flow« pour
régler le débit inspiratoire.
4 Bouton de commande »Pinsp« pour
régler la pression inspiratoire max.
avec laquelle l'appareil commute sur
l'expiration.
5 Affichage numérique de la fréquence
respiratoire bpm = cycles respira-
toires par minute.
6 Barre de progression pour
l'affichage analogique de la pression
des voies respiratoires (P
cription superposée de la pression
d'enclenchement et de la Pinsp.
7 Affichage numérique de la durée de
traitement employée.
Face arrière de Inhalog 2 plus
1 Commutateur principal
2 Prise de l'appareil
3 Fusible
4 Entrée d'air
5 Ventilateur
6 Logement pivotant pour la chambre
de nébulisation
) avec ins-
aw
1
2
3
7
6
5
1 2
3 4
5
4
6
Wat is wat
Frontaanzicht Inhalog 2 plus
1 Draaiknop »Trigger« voor het starten
van de inademing met een negatieve
druk.
Handmatige start door kort aan draai-
knop te trekken.
2 Draaiknop »Rexp« om een uitade-
mingsweerstand in te stellen.
3 Draaiknop »Flow« voor het instellen
van de inspiratieflow.
4 Draaiknop »Pinsp.« voor het instellen
van de max. inademingsdruk waarbij
het apparaat omschakelt op uitade-
ming.
5 Numerieke weergave van de adem-
halingsfrequentie bpm = weergave
per minuut.
6 Display voor analoge weergave van
de druk (P
) met markering voor de
aw
triggerdruk en Pinsp.
7 Numerieke weergave van de gewen-
ste duur van de behandeling.
Achterkant Inhalog 2 plus
1 Netschakelaar
2 Stekker t.b.v.netsnoer
3 Zekering
4 Luchtinlaatopening
5 Ventilator
6 Draaibare houder voor vernevelaar
45