• Functie #9, rode ledlampje knippert 1x lang + 4x kort: Remmen op de motor
Als u op de zender gas mindert dan wel de gas-/remhendel op de zender in de neutraalstand zet, dan mindert het
voertuig vanzelf snelheid. Dit is exact hetzelfde als remmen op de motor in een "echte" auto als het gaspedaal
losgelaten wordt zonder het rempedaal in te trappen.
• Functie #10, rode ledlampje knippert 2x lang: Verhouding Motorrem
Hier kunt u instellen hoe snel de motorrem (functie #9) start. Hoe lager de instelling, hoe soepeler de motorrem
zal afremmen.
• Functie #11, rode ledlampje knippert 2x lang + 1x kort: Bereik neutraalstand
In deze programmeerfunctie kunt u instellen hoe groot het bereik is, die de elektronische rijregelaar in de neutrale
stand van de zender moet herkennen. Hoe hoger de instelwaarde (ms = milliseconden), hoe groter het neutrale
bereik.
• Functie #12, rode ledlampje knippert 2x lang + 2x kort: Startmodus
Afhankelijk van de instelling wordt er dan met meer of minder kracht gestart bij het rijden. Voor een rupsvoertuigen
moet een laag instelpunt worden gekozen om het voertuig soepel te laten naderen.
• Functie #13, rode ledlampje knippert 2x lang + 3x kort: PWM-frequentie (klokfrequentie)
Door middel van een hogere instelling is een meer gevoelige bediening van de rijregelaar mogelijk; vanwege de
hogere PWM-frequentie wprdt de rijregelaar echter warmer.
• Functie #14, rode ledlampje knippert 2x lang + 4x kort: BEC-spanning
Hiermee kan men de BEC-spanning (de uitgangsspanning van de rijregelaar voor de voeding van ontvanger en
stuurservo) instellen.
De standaardinstelling van 6 V mag niet worden gewijzigd, omdat de ontvanger of stuurservo kunnen
worden beschadigd; verlies van de garantie!
• Functie #15, rode ledlampje knippert 3x lang: Vrijloop
Voor rupsvoertuigen moet deze functie zijn ingeschakeld; hierdoor resulteert het in een lineair rijgedrag bij lage
snelheden.
108