Diagnosefunctie Storingen - Vergrendelingen; Functie Brandstofvoorverwarming; Test Van Uitschakeling; Intermitterende Functionering - Riello BGK1 Instructions Pour Installation, Utilisation Et Entretien

6.7.2

Diagnosefunctie storingen - vergrendelingen

Beschrijving van de storing
Vreemd licht of aanwezigheid signaal parasietvlam
Storing van de spanning van de elektrische voeding
Storing van elektrische voedingsfrequentie
Storing interne spanning van de vlamcontrole
Storing ontgrendelingsknop en ontgrendeling op afstand
Vergrendeling voor afwezigheid vlam na Ts
Vergrendeling voor signaal van vreemd licht of parasiet-
vlam
Vergrendeling voor maximum aantal herhalingen van de
cyclus (vlamverlies tijdens functionering)
Vergrendeling voor defect motor ventilator
Vergrendeling door storing in het interne bedieningscircuit
van de klep 1° vlamgang
Vergrendeling voor overschrijding max. tijd voorverwar-
ming
Vergrendeling voor defect eeprom
Vergrendeling klep 1e vlamgang in kortsluiting
Legende
ON
6.7.3

Functie brandstofvoorverwarming

De brander is voorzien van de functie van de voorverwarming
van de brandstof; in aanwezigheid van een verzoek om de start
van de thermostaat voor het verzoek om warmte blijft de ketel
van de brander wachten tot de startthermostaat (of van de voor-
verwarming, K) is gesloten, die overeenkomstig de verstuiver-
houder is gepositioneerd.
Als de startthermostaat (of van de voorverwarming, K) niet sluit
binnen 600 seconden, wordt de brander in de vergrendelingscon-
ditie gesteld.
Als de vlam dooft tijdens de werking, voert de brander de cyclus
opnieuw uit als het contact van de startthermostaat (of van de
voorverwarming, K) is gesloten.
Als de vlam tijdens de werking uitgaat en het contact van de start-
thermostaat (of van de voorverwarming, K) open is, wordt de ven-
tilatie gestopt en wacht de brander op de sluiting van het contact
van de startthermostaat (of van de voorverwarming, K) om op-
nieuw te starten met de tijd van de voorventilatie.
6.7.4

Test van uitschakeling

Indien, tijdens de functionering, de ontgrendelingsknop of de re-
set op afstand langer dan 5 seconden of korter dan 10 seconden
wordt ingedrukt, zal (om het volgende menu niet te bereiken) de
brander uitgeschakeld worden, de olieklep gesloten worden, de
vlam uitgeschakeld en de startsequentie herhaald.
Als de test van uitschakeling is vrijgegeven, worden het aantal
herhalingen van de startsequentie (zie paragraaf "Herhaling
van cyclus en limiet van de herhalingen" op pag. 26) en het
aantal mogelijke ontgrendelingen (zie paragraaf "Bescherming
ontgrendeling" op pag. 27) hersteld.
20136521
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
OFF Kleurcode
ROOD
ORANJE
GROEN
Kleur van de
ontgrendelingsknop
GROEN, ROOD
knippering afwisselend
ORANJE
langzaam knipperend
ORANJE
ORANJE, GROEN
knippering snel afwisselend
GROEN, ROOD
knippering snel afwisselend
ROOD
ROOD
knippering
ROOD
Knippering snel
ROOD, ORANJE
knippering omgekeerd
ROOD, GROEN
knippering omgekeerd
Knippering ROOD
ORANJE, GROEN
knippering afwisselend
ROOD, GROEN
langzaam knipperend
6.7.5

Intermitterende functionering

Na 24 uur van continue functionering begint de controledoos de
sequentie van de automatische uitschakeling, gevolgd door een
herstart, om een mogelijk defect van de vlamsensor te vinden.
Het is mogelijk om de automatische uitschakeling op 1 uur in te
stellen (zie paragraaf "Menu programmering" op pag. 31).
Een wijziging van de parameter van de instelling van de intermit-
Tab. L
terende werking zal operationeel zijn als:
 tijdens het verzoek om warmte de testfunctie van de uitscha-

keling wordt geactiveerd;
 zich vlamverlies voordoet;

 het verzoek om warmte uitgaat en daarna weer aangaat;

 de controledoos wordt uitgeschakeld en opnieuw wordt inge-

schakeld;
 de automatische herstart van de intermitterende functie ge-

beurt (1uur/24uur).
6.7.6 Herhaling van cyclus en limiet van de
herhalingen
De controledoos voorziet de functie voor herhaling van de cyclus,
dus de complete herhaling van de startsequentie, waarmee tot 3
pogingen worden uitgevoerd indien de vlam uitgaat tijdens de
functionering.
Indien de vlam tijdens de functionering 4 maal uitgaat wordt de
brander vergrendeld.
Indien tijdens de herhaling van de cyclus een nieuw verzoek om
warmte gebeurt, worden de drie pogingen hersteld wanneer de
thermostaat van verzoek om warmte wordt omgeschakeld.
N.B:
Na 510 seconden van continue functionering wordt nog een
mogelijke poging toegevoegd.
Wanneer de voeding wordt uitgeschakeld, in geval van een nieuw
verzoek om warmte (voeding aangebracht op de brander), worden
alle mogelijke pogingen tot herstart hersteld (maximum 3).
26 NL
Seconden Kleurcode
0,5 0,5
2,5 2,5
- -
0,2 0,2
0,2 0,2
- -
0,5 0,5
0,2 0,2
2,5 0,5
2,5 0,5
0,5 2,5
0,5 0,5
2,5 2,5
Tab. K