B. Opslaan van gebruiker-codes
Druk op het toetsenveld (6) de toets "1" en voer een gebruikernummer en een
gebruikercode in, beide bestaande uit 4-8 cijfers! Druk de toets „Hekje" „#" - groe-
ne LED (5) knippert - druk opnieuw de toets „Hekje" „#" - de groene LED (5) hoort
op te knipperen - de invoer is bevestigd.
Invoer: „1" —- „4-cijferig gebruikernummer" —- „4-8-cijferige gebruikerco-
de" —- „#" —- „#"
(3) Wissen van ID-kaarten en gebruikercodes (uitgang 1)
A. Druk de toetsen „2" —- „0"—- „0" —- „0" —- „0" —- „#"
Nu worden alle opgeslagen ID-kaarten en gebruikercodes gewist.
B. Druk de toetsen „2" —- „1" —- „ID-kaart" inlezen / of „Gebruikercode" invoeren —-
„#" Nu wordt de ingelezen ID-kaart, resp. de ingevoerde gebruikercode gewist.
C. Druk de toetsen „2" —- „2" —- het „Gebruikernummer" van de ID-kaart of de
„Gebruikercode" —- „#" invoeren Nu wordt de ID-kaart of de gebruikercode van
het betreffende gebruikernummer gewist.
(4) Programmeren van de deuropener-functie (uitgang 1)
A. Druk de toetsen „3" —- „0" —- „0" —- „#"
Deuropener wordt nu door ID-kaart of gebruikercode geactiveerd.
B. Druk de toetsen „3" —- „0" —- „1" —- „#"
Deuropener wordt nu door ID-kaart + gebruikersnummer.
(5) Programmeren van de openingstijden / relaisuitgang (uitgang 1)
A. Druk de toetsen „4" —- „0" —- („01" – „99" seconden) —- „#" Uitgang 1: Relais
opent tussen 1 en 99 seconden
86
Wilt u meerdere codes opslaan, dan is het niet nodig de toets „Hekje"
„#" na de tweede keer opnieuw te drukken. Sla de afzonderlijke codes
zoals hierboven beschreven op en bedien de toets „Hekje" „#" pas na
de laatste invoer - hierdoor worden alle voorgaande codes eveneens
opgeslagen.
Fabrieksinstelling = deuropener door ID-card of gebruikercode!