8 - ALGEMEEN ONDERHOUD
Dagelijkse onderhoudswerkzaamheden:
•
Reinig indien nodig de binnen- en buitenkant van het apparaat met behulp van een vochtige zachte doek.
Gebruik nooit agressieve schoonmaakmiddelen en laat geen vloeistof over het apparaat stromen.
Bij een normale werking en afhankelijk van het omgevingsklimaat (temperatuur/vochtigheid) kan het apparaat bij het
koelen natuurlijke condens produceren. De condensresten worden opgevangen in de opvangbak condenswater van het
toestel.
•
Controleer regelmatig het waterniveau in de opvangbak.
•
reinig elke vacuümtrekker met water en een mild reinigingsmiddel. Zorgvuldig naspoelen en afdrogen met een zachte
doek.
Ga als volgt te werk om het condenswater af te voeren:
•
Open de deur
•
Trek de bak voorzichtig naar u toe om deze vrij te maken
•
Zodra de bak is leeggemaakt en gereinigd, plaatst u deze terug door hem
horizontaal in de uitsparing te schuiven.
•
Als u het condenswater continu wenst af te voeren, gebruikt u de
meegeleverde afvoerslang. Sluit deze aan op de afvoerbak en verbind het
andere uiteinde op een waterafvoerpunt (spoelbak of andere).
Dagelijks onderhoud
Onderhoud om de zes maanden:
•
Trek de stekker uit het stopcontact en maak het apparaat leeg
•
Maak de ventilator aan de achterkant van het toestel schoon door het stof te verwijderen met een stofzuiger
•
Reinig de binnenkant van de vakken met water en een mild reinigingsmiddel
•
Zorgvuldig naspoelen
•
Steek de stekker weer in het stopcontact
Elke interventie op het koelcircuit dient te geschieden door een bevoegd koeltechnicus, die een
waterdichtheidcontrole van het circuit dient uit te voeren voordat het apparaat weer wordt aangezet.
Elke interventie op het elektriciteitscircuit dient te worden uitgevoerd door een bevoegd elektricien.
-NL12-
3
2
1
1
X2
4
X2
2
5
3
X2