Table des Matières
Publicité
Création d'une image
particulière sans changement de
l'exposition
Quand la valeur d'exposition est F11,
la vitesse d'obturation est 1/50 et le
niveau de gain 0 dB, ajustez le
nombre d'ouverture manuellement
sur F4, par exemple.
Quand vous changez l'ouverture, la vitesse
d'obturation ou le niveau de gain d'un
incrément, l'exposition change de 1,0 EV.
Si vous changez le nombre d'ouverture de F11 à
F4 dans l'exemple précédent, l'exposition de la
commande d'ouverture devient plus lumineuse
et augmente de 6 incréments (+3 EV). Ajustez la
vitesse d'obturation et le gain pour que
l'exposition diminue de -3 EV de sorte que
l'exposition totale ne change pas.
Exemple 1: Changement de la vitesse
d'obturation seulement
Pour réduire l'exposition de –3 EV par la vitesse
d'obturation, vous devez augmenter la vitesse de
3 incréments. Changez la vitesse d'obturation de
1/50 à 1/425 (1).
Exemple 2: Réglage de la vitesse
d'obturation sur 1/1000 et
changement du niveau de gain
Quand la vitesse d'obturation change de 1/50 à
1/1000, la valeur d'exposition de la commande
de vitesse d'obturation passe à –4 EV. Pour
conserver l'exposition totale, il faut ajouter +1 EV
(2 incréments) en augmentant le gain. Changez le
niveau de gain de 0 dB à +6 dB (2). Notez que si
vous augmentez le niveau du gain, l'image
risque d'avoir des parasites.
Remarques sur le réglage manuel
•Lors de l'enregistrement en extérieur, la
luminosité du sujet peut être affectée par le
temps.
•Quand les conditions d'enregistrement
changent, il est conseillé de régler chaque
paramètre.
Maken van de gewenste
opnamen zonder de belichting
te veranderen
Bij een diafragmawaarde van F11,
een sluitertijd van 1/50 sekonde en
een lichtgevoeligheid van 0 dB, het
diafragma handmatig omzetten naar
F4, bijvoorbeeld:
Wanneer u het diafragma, de sluitertijd of de
lichtgevoeligheid 1 stapje verstelt, verandert de
belichting hierdoor met 1,0 EV voor de sluitertijd
en met 0,5 EV voor het diafragma en de
lichtgevoeligheid.
Als u dus in het bovenstaand voorbeeld het
diafragma van F11 verstelt naar F4, zal de
diafragma-belichtingsfaktor met 6 stapjes
toenemen (met +3 EV). Verstel dan de sluitertijd
en de lichtgevoeligheid om de totale belichting
met -3 EV terug te brengen, opdat de
uiteindelijke belichting niet verandert.
Voorbeeld 1: alleen de sluitertijd
aanpassen
Om de belichting met –3 EV terug te brengen via
de sluitertijd-instelling, zult u de sluitertijd 3
stapjes sneller moeten kiezen. Breng de sluitertijd
terug van 1/50 naar 1/425 sekonde (1).
Voorbeeld 2: instellen van de
sluitertijd op 1/1000 en kompenseren
via de lichtgevoeligheid
Als u de sluitertijd verstelt van 1/50 naar 1/1000
sekonde neemt de belichtingsfaktor van de
sluitertijd af met –4 EV. Om de totale belichting
gelijk te houden, dient u deze met +1 EV aan te
vullen door de lichtgevoeligheid te verhogen
(met 2 stappen). Verstel de lichtgevoeligheid van
0 dB naar +6 dB (2). Houd er rekening mee dat
bij verhogen van de lichtgevoeligheid storing in
beeld kan optreden.
Opmerkingen betreffende de handmatige
instelling
• Bij het opnemen buitenshuis kan de helderheid
van uw onderwerp sterk afhangen van de
weersomstandigheden.
• Wanneer de opname-omstandigheden
veranderen is het aanbevolen alle instellingen
opnieuw te maken.
59
Publicité
Table des Matières
