(A)
(B)
WERKINGSVELD (A)
Het debiet van de brander moet gekozen worden
binnen gebied A op de hiernaast afgebeelde dia-
grammen.
Dit gebied wordt werkingsveld genoemd en le-
vert het branderdebiet in functie van de druk in
de verbrandingskamer.
Het werkingspunt wordt bepaald door een verti-
cale lijn te trekken vanuit het gewenste debiet en
een horizontale vanuit de overeenkomstige druk
in de verbrandingskamer. Het snijpunt van de
twee lijnen is het werkingspunt, dat bovendien
binnen het werkingsveld moet liggen.
Opgelet
Het WERKINGSVELD is berekend bij een omge-
vingstemperatuur van 20 °C, een luchtdruk van
1000 mbar (ongeveer 100 m boven de zeespie-
D3558
gel) en met de verbrandingskop afgesteld zoals
aangegeven op blz. 6.
PROEFKETEL (B)
Het werkingsveld is het resultaat van testen
met.een speciale proefketel, volgens methodes,
zoals die voorgeschreven worden door de nor-
men EN 267.
In het figuur (B) zijn de diameter en de lengte van
de testverbrandingskamer aangegeven.
Voorbeeld: debiet 25 kg/h:
diameter = 50 cm; lengte = 1,25 m.
Als de brander dient te werken met een veel
kleinere verbrandingskamer, is het aangeraden
vooraf een test te doen.
D586
4