Algemene Veiligheidsvoorschriften - Atlas Copco HiLight E2 Manuel D'instructions

De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor
schade die ontstaan is door het gebruik van niet-originele
onderdelen en voor wijzigingen, toevoegingen of
aanpassingen die aangebracht
voorafgaande schriftelijke toestemming
fabrikant.
Waar een bepaald voorschrift uit deze handleiding niet
overeenstemt met de plaatselijke wetgeving, moet de
strengste van de twee toegepast worden.
Deze veiligheidsvoorschriften
geïnterpreteerd worden als suggesties, aanbevelingen of
aanmoedigingen om geldende wetten of reglementen te
overtreden.
1.2 Algemene
veiligheidsvoorschriften
Deze verlichtingstoren
geleverd in transportpositie. Zorg
ervoor dat de verlichtingstoren zich
in werkingspositie bevindt, alvorens
de mast uit
(schijnwerpersteun 90° gedraaid).
Zie ook hoofdstuk 3.2.
1. De eigenaar is ervoor verantwoordelijk dat de
machine in een veilige staat van werking
gehouden wordt. Onderdelen en toebehoren
moeten vervangen worden indien ze ontbreken of
geen veilige werking meer garanderen.
2. De werkleider of verantwoordelijke persoon moet
er zich steeds van vergewissen dat alle instructies
met betrekking tot de werking en het onderhoud
van de machine en installatie strikt opgevolgd
worden. Ook dient hij ervoor te zorgen dat de
machines met alle
veiligheidsvoorzieningen
apparatuur in goede staat verkeren, zonder
abnormale
zijn zonder de
ongeoorloofde aanpassingen.
van de
3. Wanneer er vermoedens of aanwijzingen bestaan
dat een onderdeel in de machine oververhit is
geraakt, moet de machine uitgeschakeld worden.
U mag echter geen inspectieluiken openen
voordat voldoende afkoeltijd in acht is genomen.
mogen niet
Zo wordt voorkomen dat oliedampen spontaan
zouden ontvlammen door de toevoer van lucht.
4. Hou de machine en installatie schoon door de
machine zoveel mogelijk vrij te houden van olie,
stof en andere afzettingen.
5. Alle regeluitrustingen en beveiligingen moeten
wordt
zorgvuldig onderhouden worden, zodat zij goed
functioneren. Ze mogen niet buiten werking
gesteld worden.
6. Beveiligingen moeten getest worden zoals
te schuiven
beschreven in het onderhoudsschema van de
handleiding, om te zien of ze nog in goede staat
verkeren.
7. Let op de stickers en informatiestickers op het
toestel.
8. Waar
beschadigd zijn, moeten deze vervangen worden
om de veiligheid van de operator te garanderen.
9. Hou de werkomgeving zuiver. Een gebrek aan
orde vergroot de kans op ongevallen.
10. Draag beschermende kleding wanneer u aan de
machine werkt. Dit zijn, afhankelijk van de aard
van de
toebehoren,
en aangesloten
slijtage, ongepast gebruik
veiligheidsetiketten verdwenen
werkzaamheden: veiligheidsbril,
- 44 -
gehoorbescherming,
beschermend vizier), veiligheidshandschoenen,
en beschermende kleding,
Draag geen lang, los haar (bescherm lang haar met
een haarnet) of losse kleding of sieraden.
11. Neem voorzorgsmaatregelen tegen brand. Zorg er
altijd voor dat u een brandblusser bij de hand
heeft.
12. Mobiele verlichtingstorens (met aardingspen):
Zorg ervoor dat de verlichtingstoren en de belasting
goed geaard worden.
13. De stroombron voor de verlichtingstorens HiLight
E3+ en HiLight E2 moet beveiligd zijn met een
aardlekrelais om directe en indirecte contacten te
voorkomen.
of
veiligheidshelm (met
veiligheidsschoenen.