De anticycling-functie kan uitgesloten of geactiveerd worden in de modus
Basic of Smart (par. 5.6.6). De modus Basic voorziet dat wanneer de con-
ditie van veelvuldig starten en stoppen wordt gedetecteerd, de pomp stopt
en in afwachting blijft van een handbediende reset. Deze conditie wordt
meegedeeld aan de gebruiker doordat de rode led "Alarm" gaat branden
en de tekst "ANTICYCLING" op het display verschijnt. Nadat het lek ver-
holpen is, kan de herstart met de hand worden geforceerd door de toetsen
"+" en "-" tegelijkertijd in te drukken en los te laten. De modus Smart werkt
zodanig dat als er een situatie met lek wordt geconstateerd, de parameter
RP wordt verhoogd om het aantal inschakelingen in de tijd te verlagen.
6.1.3 - Anti-Freeze (beveiliging tegen bevriezing van het water in het
systeem)
Als water van vloeistof overgaat in vaste toestand, neemt het toe in vol-
ume. Daarom moet worden vermeden dat het systeem vol water blijft bij
temperaturen rond het vriespunt, om breuk van het systeem te voorkomen.
Om deze reden wordt geadviseerd elke elektropomp te legen wanneer hij
niet gebruikt wordt tijdens de winter. Dit systeem is echter beveiligd te-
gen ijsvorming in het systeem doordat de elektropomp wordt aangedreven
in het geval dat de temperatuur onder waarden vlak boven het vriespunt
daalt. Op deze manier wordt het water in het systeem verwarmd en bev-
riezing voorkomen.
De Anti-Freeze-beveiliging functioneert alleen als het systeem
normaal wordt gevoed: als de stekker uit het stopcontact is ge-
haald of als er geen stroom is, kan de beveiliging niet werken. Het
is echter raadzaam het systeem niet gevuld te laten tijdens lange
periodes van inactiviteit: tap het systeem zorgvuldig af via de afvo-
erdop (afb 1 - Vlak E) en berg het op een beschermde plek op.
6.1.4 - "BP1" Blokkering wegens defect in de druksensor op de
perszijde (drukopbouw installatie)
Als het apparaat een afwijking vaststelt op de druksensor aan de perszijde
blijft de pomp geblokkeerd en wordt de fout "BP1" gesignaleerd. Deze
toestand begint zodra het probleem wordt vastgesteld en eindigt automa-
tisch wanneer de juiste omstandigheden terugkeren.
6.1.5 - "BP2" Blokkering wegens defect op de druksensor op de aan-
zuigzijde
Als het apparaat een afwijking vaststelt op de druksensor in de aanzuig-
ing blijft de pomp geblokkeerd en wordt de fout "BP2" gesignaleerd. Deze
toestand begint zodra het probleem wordt vastgesteld en eindigt automa-
tisch wanneer de juiste omstandigheden terugkeren.
6.1.6 - "PB" Blokkering wegens voedingsspanning buiten grenzen
Deze treedt in werking wanneer de lijnspanning op de voedingsklem een
waarde krijgt die buiten de toegestane grenzen ligt. Het herstel vindt alleen
automatisch plaats wanneer de spanning op de klem terugkeert binnen de
toegestane waardeni.
6.1.7 - "SC" Blokkering wegens kortsluiting tussen de motorfasen
Het apparaat is voorzien van een beveiliging tegen directe kortsluiting die
kan optreden tussen de fasen van de motor. Wanneer deze blokkering-
stoestand wordt gesignaleerd, kan men proberen de werking te herstellen
door tegelijkertijd de toetsen "+" en "–" in te drukken; dit heeft echter pas
effect nadat er 10 seconden zijn verstreken na het moment dat de kortsluit-
ing is opgetreden.
6.2 - Handmatige reset van foutcondities
Bij een fouttoestand kan de gebruiker de fout annuleren door een nieuwe
poging te forceren door de toetsen "+" en "-" tegelijkertijd in te drukken.
6.3 - Automatisch herstel van foutcondities
Voor sommige storingen en blokkeringen voert het systeem pogingen uit
tot automatisch herstel. Het automatische herstel betreft in het bijzonder:
"BL"
Blokkering wegens watergebrek
"PB"
Blokkering wegens voedingsspanning buiten grenzen
"OT"
Blokkering wegens oververhitting van vermogensstadia
"OC"
Blokkering wegens overstroom in de motor
"BP"
Blokkering wegens een storing op de druksensor
Als het systeem bijvoorbeeld geblokkeerd raakt door watertekort, begint
het apparaat automatisch een testprocedure om na te gaan of de machine
ook werkelijk definitief en permanent drooggelopen is. Als tijdens deze
reeks handelingen een herstelpoging succes heeft (bijvoorbeeld als het
water is teruggekeerd), wordt de procedure gestopt en keert de normale
werking terug.
Tabel 9 toont de reeksen handelingen die door het apparaat worden uitge-
voerd voor de diverse types blokkeringen.
NL
NEDERLANDS
176