b) Batterijen plaatsen
Voor de stroomvoorziening van de afstandsbediening zijn 4 AA/mignon-batterijen (bijv. Conrad bestelnr. 652504, set
à 4 stuks 1x bestellen) nodig.
Belangrijk:
Gebruik alleen batterijen (1,5 V/cel) en geen accu's (1,2 V/cel) voor de stroomvoorziening van de zender.
Plaats de batterijen als volgt:
Het batterijvakdeksel (1) bevindt zich aan de achterzijde
van de zender. Druk op de vergrendelingshendel (2) aan
de bovenste rand van het batterijvakdeksel licht naar be-
neden en til de deksel er af.
Plaats nu 4 batterijen in het batterijvak. Houd hierbij in ie-
der geval rekening met de juiste polariteit van de afzonder-
lijke cellen. U vindt een bijbehorende aanduiding (3) in de
bodem van het batterijvak.
Plaats vervolgens het deksel van het batterijvak met de
onderkant naar beneden in de behuizing van de zender
en laat tijdens het drukken de vergrendeling goed vast
klikken.
c) Controleren van de stroomverzorging van de zender
Als er nieuwe batterijen geplaatst werden, schakelt u voor testdoeleinden de zender in met behulp van de aan-/
uitschakelaar (zie afb. 1, positie 7). Schuif daartoe de functieschakelaar van de rechter stand "OFF" naar de linker
schakelaarstand "ON". Als teken voor de juiste voeding gaat het rode functie-controlelampje (zie afb. 1, pos. 2) en
geeft de zender een kort geluidssignaal.
Als de voeding voor een correct bedrijf van de zender niet meer voldoende is, begint het rode functie-controlelampje
snel te knipperen en laat de zender in hetzelfde ritme waarschuwingssignalen horen. In zo´n geval moet u het gebruik
van het model zo snel mogelijk stopzetten.
Voor verdere werking van de afstandsbediening moet u nieuwe batterijen plaatsen.
Afbeelding 3
89