Veiligheidsvoorzieningen tijdens gebruik:
∙ Sluit het toestel enkel aan op een conform stopcontact met aar-
ding.
∙ Gebruik het toestel enkel wanneer het volledig in elkaar gezet
is.
∙ Gebruik de grilplaat niet afzonderlijk en dompel ze nooit onder
in water.
∙ Laat het apparaat nooit buiten staan na gebruik.
∙ Vet en ander voedsel dat op de grill bereid wordt, kunnen
spatten en druppen. Plaats bijgevolg het toestel nooit op gevo-
elige oppervlakken, bv. Verniste tafels, parket of tapijt.
∙ Als men het toestel gebruikt met de voet, controleer dan dat
de voet stabiel staat, omwille van het gevaar voor brandwon-
den indien het omvervalt.
∙ Zorg ervoor dat de kabel zo geplaatst is, dat men er niet ken
aan trekken of aankomen terwijl het apparaat in gebruik is.
∙ Trek altijd de stekker uit en laat het toestel afkoelen vooraleer
men het wegdraagt. Draag het apparaat nooit terwijl het nog
heet is.
∙ Trek de stekker uit na elk gebruik of vooraleer men het schoon-
maakt.
∙ Plaats altijd de opvangbak voor olie onder de grillplaat.
Lade for pannetjes
Wanneer de (hete) pannen niet meer in gebruik zijn kunnen
deze in de lade gezet worden. Dit voorkomt dat de voedsel-
resten aanbranden en vergemakkelijkt het reinigen van de
pannetjes.
1. Grillen op de grillplaat
Plan bij uw voorbereidingen ongeveer 200-250 g ingrediënten per persoon. De
grillplaat biedt een grote oppervlakte waarop vlees (bijvoorbeeld rumpsteak, gehakt
enzovoort), vis en talrijke andere lekkere spijzen kunnen worden toebereid. Daarvoor
zijn verschillende garneringen, sauzen en dips voortreffelijk geschikt.
24