De kettingspanning aanpassen
WAARSCHUWING: Trek handschoenen
aan voordat u de kettingspanning aanpast.
De ketting is scherp en kan letsel
veroorzaken.
Let op: De ketting zet tijdens de werkzaamheden uit,
met name tijdens de eerste 15 minuten. U moet de
kettingspanning regelmatig controleren en afstellen
nadat u het product hebt gebruikt of bijgevuld met
brandstof.
1. Controleer de ketting en de geleider op schade.
Vervang elk onderdeel dat is beschadigd.
2. Gebruik de sleutel om de moer van het
kettingwieldeksel linksom los te draaien. Verwijder
de moer niet. (Fig. 66)
3. Gebruik uw vingers om de moer op de kap vast te
zetten.
4. Draai de stelschroef rechtsom totdat de zaagketting
de onderkant van de geleider raakt. Draai
vervolgens de stelschroef een extra kwartslag naar
rechts. (Fig. 72)
5. Gebruik de schroevendraaierzijde van de
combinatietang om de ketting rondom de geleider te
bewegen. De ketting moet soepel en vrij bewegen.
(Fig. 73)
6. Als de ketting niet beweegt, zit deze te strak. Draai
de moer van het kettingwieldeksel los en draai de
stelschroef een kwartslag naar links. Draai de moer
van het kettingwieldeksel vast.
7. Zorg ervoor dat er zich geen opening bevindt tussen
de ketting en de onderkant van de geleider. Bij een
opening is de ketting te los en moet deze verder
worden afgesteld. Gebruik het product nooit als de
ketting te los zit.
8. Wanneer de ketting de juiste spanning heeft, tilt u
het uiteinde van de geleider op en draait u de moer
van het kettingwieldeksel stevig linksom vast met de
combinatietang. (Fig. 74) (Fig. 75)
Let op: De ketting heeft de juiste spanning wanneer
hij vrij rond de geleider beweegt, maar niet onder de
geleider hangt.
De ketting slijpen
WAARSCHUWING: Trek handschoenen
aan voordat u de ketting slijpt. Slijp de
ketting van de binnenkant van het mes naar
de buitenkant.
WAARSCHUWING: Slijp alleen met een
voorwaartse slag. Gebruik 2 of 3 slagen
voor elke snijrand. Slijp voldoende om
schade aan de snijranden te verwijderen,
ook aan de zijplaten en de bovenste platen
302
van de messen. Houd alle messen op
dezelfde lengte.
Slijp de ketting als:
•
De houtstukken in grootte afnemen.
•
De zaag naar één kant neigt of onder een hoek
zaagt.
•
U de zaag met kracht door takken moet duwen.
1. Koppel de bougie los.
2. Pas de kettingspanning indien nodig aan
kettingspanning aanpassen op pagina 302 .
3. Stel de vijlhouder (A) in op 90°. (Fig. 76)Zorg ervoor
dat de vijlhouder op de bovenste randen van het
mes (B) en de dieptesteller (C) blijft.
Let op: De ketting heeft linker en rechter messen.
4. Lijn de 30°-markering van de vijlhouder (A) uit met
de geleider en het midden van de ketting. (Fig. 77)
5. Slijp de messen (B) aan één kant. (Fig. 77) Draai de
ketting om om de messen aan de andere kant te
slijpen.
6. Controleer de dieptestellers en verplaats ze naar
beneden. Plaats de vijlmal op de messen.
7. Gebruik de platte vijl om de dieptesteller uit te lijnen
met de bovenzijde van het vijlmal.
8. Gebruik de platte vijl om de hoeken aan de voorkant
van de dieptemeter af te ronden. Zorg ervoor dat de
bovenkant van de dieptesteller waterpas staat.
De geleider en zaagketting smeren
WAARSCHUWING: Gebruik geen
afgewerkte olie. Het gebruik van afgewerkte
olie kan gevaarlijk voor u zijn en schade aan
het product en het milieu veroorzaken.
De kettingolie zorgt voor een permanente smering van
de ketting en geleider. De olieuitvoer wordt automatisch
gecontroleerd om er zeker van te zijn dat er voldoende
olie is. Als er onvoldoende olie is, raken de geleider en
de ketting beschadigd en wordt te veel warmte
gegenereerd. Te veel warmte leidt tot een rokende
ketting en/of kleurverandering van de geleider. Vul altijd
de olietank van de geleider wanneer u de brandstoftank
vult.
Volg deze instructies voor het smeren van de geleider
en de ketting:
1. Stop de motor.
2. Verwijder de oliedop.
3. Vul de olietank van de geleider.
Onderhoud van de geleider
WAARSCHUWING: Voer onderhoud aan de
geleider uit wanneer:
•
Het product naar één kant zaagt.
De
860 - 001 - 28.10.2018