ProSpray 20
5.2
AANSLUITING OP HET LICHTNET
Aansluiten mag uitsluitend op een volgens de
voorschriften geaard stopcontact.
Let op
Controleer voor aansluiting op het lichtnet, dat de netspanning
overeenkomt met de gegevens op het typeplaatje op het
apparaat.
Bij aansluiting op het openbare laagspanningsnet is er mogelijk
een licentie van de netwerkbeheerder vereist. Controleer de
geldende regelgeving in uw land en neem contact op met uw
netwerkbeheerder.
De aansluiting moet met een foutstroombeschermingsinrichting
INF ≤ 30 mA zijn uitgerust.
In het Wagner accessoireprogramma
i
vindt u mobiele elektrische persoons-
beschermingsvoorzieningen, die u ook met
andere elektrische apparaten kunt gebruiken.
5.3
REINIGING VAN CONSERVERINGSMIDDELEN
BIJ EERSTE INBEDRIJFSTELLING
1. Aanzuigslang (afb. 4, pos. 2) en retourslang (1) in een
reservoir met geschikt reinigingsmiddel dompelen.
2. Drukregelknop (3) in de gele zone op minimale druk
draaien.
3. Ontlastingsventiel (4) openen, ventielstand PRIME (
circulatie).
4. Apparaat inschakelen (5) ON (AAN)
5. Wachten, tot er reinigingsmiddel uit de retourslang komt.
6. Ontlastingsventiel sluiten, ventielstand SPRAY (
spuiten).
7. Haal de trekker van het spuitpistool over.
8. Spuit het reinigingsmiddel uit het apparaat in een open
verzamelreservoir.
3
5
5.4
HET APPARAAT MET
BEDEKKINGSMATERIAAL IN GEBRUIK
NEMEN
1. Aanzuigslang (afb. 4, pos. 2) en retourslang (1) in het
reservoir met bedekkingsmateriaal dompelen.
2. Drukregelknop (3) in de gele zone op minimale druk
draaien.
3. Ontlastingsventiel (4) openen, ventielstand PRIME (
circulatie).
4. Apparaat inschakelen (5) ON (AAN)
5. Wachten tot er bedekkingsmateriaal uit de retourslang
komt.
6. Ontlastingsventiel sluiten, ventielstand SPRAY (
spuiten).
7. Spuitpistool meerdere keren bedienen en in een
verzamelreservoir spuiten, tot het bedekkingsmateriaal
ononderbroken uit het spuitpistool komt.
8. Druk verhogen, de drukregelknop langzaam hoger draaien
Spuitresultaat controleren, druk verhogen tot de
verstuiving optimaal is.
Drukregelknop altijd op de laagste stand zetten waarbij
de verstuiving nog goed is.
9. Het apparaat is klaar om te spuiten.
INBEDRIJFSTELLING
4
1
2
67