Regelstanden verbrandingslucht, Tulikivi "vlakrooster"
Verbrandingsfase
Stand luchtregeling
(regeling in het asluik)
Aansteekfase
Brandfase
Gloeifase
Kooltjes gedoofd
VOLDOENDE TREK
Controleer voor u de kachel aansteekt altijd of de schoorsteen
trekt. Leg een luchtige prop papier op het rooster, steek hem aan
en sluit de kacheldeur (afbeelding 5). Wanneer de vlam helder is
en recht omhoog wijst, trekt de schoorsteen voldoende. Bij slechte
trekomstandigheden kan de lucht in de schoorsteen in beweging
worden gebracht door met een haardroger of een heteluchtblazer
warme lucht door het veegluik te blazen of in de luikopening een
kleine hoeveelheid papier te verbranden.
Bij modellen die zijn uitgerust met een aansteekklep kan de be-
gintrek worden verbeterd door tijdens de aansteekfase de trekklep
te openen. Bij slechte trekomstandigheden wordt de aansteek-
klep bij het aansteken gedurende slechts 5 - 10 minuten openge-
houden en daarna gesloten. Wanneer men de aansteekklep tijdens
het stoken gedurende langere tijd openhoudt kan de schoorsteen
oververhit raken, wat kan leiden tot beschadiging van de schoor-
steen of tot brandgevaar.
In kachels die met een wervelkamer zijn uitgerust bevinden de
veegluiken (3 stuks) zich achter de aslade. In modellen met een vla-
krooster bevinden de veegluiken zich aan de zijkanten en/of aan de
voorzijde van de kachel.
AANSTEKEN
Steek de kachel aan met behulp van een aansteekhoeveelheid ter
grootte van ongeveer 10% van de maximaal te verbranden hout-
hoeveelheid. De bedoeling van de aansteekhoeveelheid is om het
Stand van de luchtregeling
in de kacheldeur
Open
Open
Open
Open
Half open
Dicht
Dicht
Dicht
vuurbed te verwarmen voordat de eerste echte vulling wordt toe-
gevoegd. Door het vuurbed snel te verwarmen met een kleine hoe-
veelheid hout wordt bereikt dat tijdens de echte stookfase schone
verbranding plaatsvindt. Gebruik voor het aansteken dun gekliefd,
droog hout (diameter 1 - 3 cm). Steek het hout aan door aan-
maakmateriaal (aanmaakblokjes, berkenschors, krantenpapier) op
het rooster te leggen met daar bovenop het hout (afbeelding 6).
Wanneer de aansteekhoeveelheid goed brandt, zet dan de lucht-
regeling in de stand die hoort bij de brandfase.
In kachels met een wervelbed kan men bij slechte trek-
omstandigheden het aansteken versnellen door de hendel die zich
in de aslade bevindt gedurende de eerste 5 - 10 minuten van de
aansteekfase in de open stand te zetten. Dan staat de aslade op
een kier en komt er meer lucht in het vuurbed. Om zeker te zijn van
schone verbranding mag die hendel uitsluitend worden gebruikt bij
het aansteken.
HOUT BIJVULLEN
Voeg pas een vulling hout toe wanneer de vorige hoeveelheid bij-
na is verkoold en er nog slechts kleine, maar duidelijke vlammen
zichtbaar zijn. Leg het hout dwars op het rooster, zodanig dat het
hout niet vlak achter de deur ligt. Vul het vuurbed niet tot boven
de luchtspleet van de vuurpanelen (Tulikivi wervelkamermodel-
len, afbeelding 7). Tijdens normaal stoken wordt aanbevolen om
3-4 maal hout bij te vullen. Voor een schone verbranding is het
noodzakelijk om tijdens gebruik de kacheldeur gesloten te houden.
BEËINDIGEN VAN HET STOKEN
Wanneer de laatste hoeveelheid is verkoold, zet dan de luchtre-
geling in de stand die hoort bij de gloeifase en trek de gloeiende
kooltjes die aan de rand van het vuurbed liggen op het rooster tot
een compact geheel (afbeelding 8). Por de kooltjes nog een paar
keer op totdat ze zijn opgebrand. Zet daarna de luchtregeling in
de "dicht" stand - en sluit tenslotte de schoorsteenklep (indien
geïnstalleerd).
Denk eraan! Koolmonoxidegas is reukloos, smaakloos, kleurloos en
giftig, dus wees voorzichtig!
Tijdens het stoken en ook nog lange tijd daarna kunnen bepaalde
onderdelen van de kachel, zoals handgrepen, het deurframe en
de inwendige delen van de kachel heet zijn. Met name het deur-
glas wordt tijdens het stoken zeer heet, zodat met name kinderen
moeten worden gewezen op het gevaar van de hete oppervlakken
van de kachel. Als gevolg van de mantelconstructie zijn de op-
pervlakken van kachel pas een half uur tot 2 uur na het stoken van
de laatste vulling op hun heetst. Volg deze gebruiksaanwijzing op,
teneinde oververhitting te voorkomen.
Plaats geen van brandbaar materiaal gemaakte voorwerpen
bovenop de kachel, op kachelplateaus of in de onmiddellijke nabij-
heid van de kachel.
NLD
3.
21