■
Wees bij de reiniging op trappen extra voorzichtig, zodat u niet valt.
■
Let erop dat niemand kan struikelen over het aangesloten netsnoer.
■
Houd dieren, haren, sieraden, wijde kleding, vingers en alle overige lichaamsdelen
uit de buurt van de zuigopening van het apparaat. De stofzuiger zou zich kunnen
vastzuigen. Mocht het apparaat zich toch eens vastzuigen, schakel het dan direct uit.
■
Als de accu heeft gelekt, dient u te voorkomen dat huid, ogen en slijmvliezen in con-
tact komen met het batterijzuur. Bij contact met batterijzuur moet u de desbetreffende
plaatsen direct met veel schoon water spoelen en onmiddellijk een arts raadplegen.
Gevaar van een elektrische schok
■
Het apparaat uitsluitend in gesloten ruimten gebruiken en bewaren. Het apparaat niet
gebruiken in ruimten met een hoge luchtvochtigheid.
■
Wanneer het apparaat voor het reinigen van het interieur van personenauto's wordt
gebruikt, erop letten dat het niet wordt blootgesteld aan regen of vocht.
■
Raak het motorblok, het netsnoer en de netadapter nooit aan met vochtige handen.
■
Het motorblok, het netsnoer en de netadapter uit de buurt houden van vocht of an-
dere vloeistoffen!
■
Sluit de netadapter uitsluitend aan op een contactdoos met aardingscontacten, waar-
van de netspanning overeenstemt met de gegevens op het typeplaatje. De contact-
doos moet ook na het aansluiten goed toegankelijk blijven. Gebruik alleen correct
werkende verlengsnoeren, waarvan de technische gegevens overeenstemmen met
die van de netadapter.
■
Let erop dat het netsnoer niet bekneld raakt, geknikt wordt of op scherpe randen
wordt gelegd en dat het niet in aanraking komt met hete oppervlakken. Het netsnoer
niet om de netadapter wikkelen (gevaar van kabelbreuk).
■
Trek de netadapter uit de contactdoos, wanneer het onweert.
■
Bij het eruit trekken uit de contactdoos altijd aan de netadapter en nooit aan het
netsnoer trekken!
■
Controleer het apparaat en de toebehoren vóór elke ingebruikname op beschadigin-
gen. In geval van beschadigingen niet gebruiken!
■
Bij schade / storingen (bijv. ongewone geluiden, geur- of rookontwikkeling) of wan-
neer het apparaat is gevallen, dient u het apparaat uit te schakelen. Laat het appa-
raat in een gespecialiseerde werkplaats controleren, alvorens het opnieuw in gebruik
te nemen.
Brandgevaar
■
Gebruik het apparaat niet in ruimten, waarin zich licht ontvlambare substanties of
giftige en explosieve dampen bevinden.
■
Het apparaat niet op hete oppervlakken of in de buurt van open vuur gebruiken.
■
Dek het apparaat tijdens de werking niet af, om ontbranden van het apparaat te
voorkomen. Niets in de zuigmonden / ventilatieopeningen van het apparaat steken
en opletten dat deze niet zijn verstopt.
■
Bij brand: niet met water blussen! Doof vlammen met een blusdeken of een geschikte
brandblusser.
47
NL