23.RCL = Recall = oproepen van de opgeslagen meetwaarde
24.R-H = Range-Hold = Auto-Range uitgeschakeld, handmatige bereiks-
keuze, met uitzondering van het capaciteitsmeetbereik CAP
25.EXT = Extern. Bij deze functie kunnen tegelijkertijd twee verschillen-
de werkingssoorten afgelezen worden, b.v. secundaire spanning van
een transformator < 125 VACrms en netfrequentie
26.CMP = Comparison = vergelijkingsmeting
27. „
„ = inductiviteit
28.AC = symbool voor wisselspanning of -stroom
29. (•) = symbool voor akoestische doorgangstester
30. „ - „ = minteken resp. symbool voor negatieve polariteit
31.CAP = Capaciteit. CAP staat voor Capacitance = capaciteit => meten
van condensatoren
32.LOGI = Logic-test. Als u de logic-testfunctie kiest, verschijnt dit sym-
bool op het display.
33.Tweede „kleine" display voor de functie DUAL-Display
34.= Batterijsymbool. Als dit symbool op het display verschijnt, wordt het
tijd de batterij te vervangen.
35.Verschillende maateenheden
36.Referentienummer; dit dient voor de nummering van het geheugen
bij de functie MEM (= Memory = geheugen) en bij RCL (= Recall =
oproepen van het geheugen).
5.4.2 Gebruik van de multimeter
A) Inbouwen/vervangen van de batterij
Opdat uw meter zonder problemen functioneert, moet deze voorzien
zijn van een 9-V-blokbatterij. Als het symbool voor het vervangen van de
batterij op het display verschijnt (na ca. 60 bedrijfsuren) moet u de bat-
terij vervangen. Hiertoe handelt u als volgt:
Het batterijvak bevindt zich onder het bovenste deksel (aan de achterzi-
jde van de behuizing), dat met twee schroeven links en rechts bevestigd is.
166
Let op!
Maak de MS-9160 beslist los van alle meetcircuits, voordat u de batterij
vervangt. Schakel het apparaat beslist uit met de hoofdschakelaar, die
zich in het bedieningsveld van de gelijkspanningsnetvoeding bevindt
(POWER). Haal de stekker uit de wandkontaktdoos.
Pas als u zich ervan overtuigd hebt dat de MS-9160 losgekoppeld is van
het net en met geen enkel stroomcircuit meer verbonden is, kunt u
beginnen met het vervangen van de batterij. Draai de beide kruis-
kopschroeven voorzichtig met een passende kruiskopschroevedraaier los
en haal het deksel er behoedzaam af. Verwijder de verbruikte batterij (9-
V-blok). Deze is verbonden met een batterijclip. Maak deze clip voor-
zichtig los van de oude batterij en verbind hem daarna met de juiste
poling met een nieuwe, niet gebruikte batterij. Schuif het blok in het
batterijvak tot aan de aanslag en schroef het deksel weer voorzichtig
vast.
Let op!
Gebruik de meter nooit in geopende toestand! Levensgevaarlijk! Laat
geen verbruikte batterijen in het apparaat zitten, aangezien zelfs tegen
uitlopen beschermde batterijen kunnen roesten, waardoor er chemica-
liën vrij kunnen komen die schadelijk zijn voor uw gezondheid resp. het
batterijvak kunnen beschadigen. Verbruikte batterijen zijn klein che-
misch afval en moeten daarom milieuvriendelijk verwijderd worden. U
kunt ze inleveren bij inzamelplaatsen in winkels, chemokar e.d. Schakel
de meter uit, als u hem niet meer nodig hebt.
B) Aansluiten van de meetsnoeren
Gebruik voor uw metingen steeds alleen de meegeleverde meetsnoeren.
Let voor iedere aansluiting op de toestand van de aansluitstekker(s)
resp. van de testpunten en kijk of de isolatie nog onbeschadigd is.
Deze meetsnoeren zijn toegelaten voor spanningen tot max. 1000 V.
Uw meter is eveneens ontworpen voor spanningen tot max. 1000 VDC
resp. 750 VACrms (rms = effectief = eff). Wees bijzonder voorzichtig bij
het omgaan met spanningen > 25 V wissel- resp. > 35 V gelijkspanning.
167