5.3 De gelijkspanningsnetvoeding
1. verlicht 3 1/2-cijferig
17 mm hoog LCD-display
2. spanningsinstelling
3. displayschakelaar V/A
4. nethoofdschakelaar
5. instelbare stroombegrenzing
Let op! Voorzorgsmaatregelen!
Controleer voor het inschakelen van het apparaat de juiste positie van
de voedingsspannings-keuzeschakelaar en of de juiste zekering
gebruikt wordt. Bescherm het apparaat tegen vallen of andere mecha-
nische beschadigingen door vallende voorwerpen. Sluit de „+" en „-"-
klemmen niet kort.
Overschrijd nooit de max. toelaatbare belasting van 2,5 Ohm aan de
5V/2A uitgang resp. 15 Ohm aan de 15V/1A-uitgang.
Basisinstellingen
a) Overtuig u ervan, dat er geen belasting op de aansluitklemmen van
de netvoeding bevindt, voordat u de voedingskabel aansluit.
162
6. aansluiting op aarde
7. vaste spanningsuitgang 5 V/2A
8. vaste spanningsaansluiting 15V/1A
9. regeluitgang 0-30 V/0-3 A
b) Draai de stelknop voor de stroomgebrenzing (CURRENT) in de mid-
denpositie.
c) Schakel de voedingsschakelaar in (POWER).
d) De LEDs onder de opschriften 5 V resp. 15 V lichten op.
e) Sluit uw lasten aan op de 5V- resp. de 15V-uitgang.
f) Schakel de display-schakelaar op „V" (aflezen van spanning) en stel
de gewenste uitgangsspanning in.
g) Sluit nu uw last (verbruiker) aan op de uitgangsklemmen „+" en „-"
van de regelbare uitgang. Let daarbij op de polariteit van de verbruiker.
Let op!
Alle uitgangen zijn niet geaard. Andere uitgangen kunnen of via de
aardbus (chassis = aarding via behuizing) aan de frontplaat (rechts
onder) geaard worden of blijven niet geaard.
Kenmerk van de stroombegrenzing
Alle 3 uitgangen zijn, ieder op zich, beschermd tegen overbelasting en
kortsluiting door een aparte stroombegrenzingsschakeling.
a) Uitgang 0 tot 30 V, 3 A: beschermd door stroombegrenzing. Als de
uitgangsstroom door een verbruiker boven de 3 A komt, dan wordt
de uitgangsspanning teruggeregeld (bij kortsluiting tot op ca. 0,2 V).
b) Vaste spanningsuitgang 5V/2A: beschermd door een vaste stroom-
grens (stabilisatorschakeling). Als de laststroom de waarde van 2,2 A
overschrijdt, wordt de uitgangsspanning teruggeregeld.
c) Vaste spanningsjuitgang 15V/1A: beschermd door een vaste stroom-
grens (stabilisatorschakeling). Als de laststroom de waarde van 1,2 A
overschrijdt, wordt de uitgangsspanning teruggeregeld.
163