NL
3.5
Aanpassingen voor comfort
WAARSCHUWING
Voer nooit aanpassingen uit tijdens het rijden.
De toegestane aanpassingen kunnen de stabiliteit van uw scooter beïnvloeden (zijwaarts of
achterwaarts kantelen).
3.5.1 De stuurkolom aanpassen
WAARSCHUWING
Schakel de scooter uit vooraleer u de hoek van de stuurkolom aanpast.
Leun niet met uw volledige lichaam op de stuurkolom.
De stuurkolom kan versteld worden in een groot aantal standen (traploos)
naargelang de voorkeur van de bestuurder.
1. Draai de sterknop (6) los.
2. Verstel de stuurkolom naar de gewenste positie.
3. Draai de sterknop (6) vast.
3.5.2 De zit aanpassen
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de zit goed terug is vastgemaakt.
De zit verwijderen
1. Houd de stoel aan de zijkanten vast en til deze uit de bar voor
hoogteverstelling. Als u bij het verwijderen van de zit
weerstand ondervindt, draai de zit dan iets heen en weer terwijl
u het optilt.
De zit plaatsen en vergrendelen
1. Trek de zithendel naar boven.
2. Plaats de zit op de bar voor hoogteverstelling en houd
tegelijkertijd de zithendel ingedrukt.
3. Laat de zithendel los.
4. Controleer of de zit terug goed is vastgemaakt.
De zit draaien
1. Trek de zithendel naar boven.
2. Draai de zit in de gewenste positie.
3. Laat de zithendel, los.
4. Controleer of de zit terug goed is vastgemaakt.
De zithoogte aanpassen
De zithoogte kan in 4 posities worden aangepast (45 mm bereik).
1. Verwijder de zit en de batterijbehuizing.
2. Verwijder de borgpen die de zitbevestiging op zijn
plaats houdt.
3. Verhoog/Verlaag de zitbevestiging tot de gewenste
hoogte.
4. Plaats de borgpen om de zitbevestiging weer vast te
zetten.
5. Plaats de zit en batterijbehuizing terug. Zorg ervoor
dat alles stevig vast zit.
Gevaar voor letsel en/of schade
Gevaar voor letsel
Gevaar voor letsel
12
One
2024-12
Uw scooter gebruiken