Het trapje vóór
gebruik volledig
openen.
max.
Het trapje alleen
met ingelegde
spreidbeveiliging
gebruiken.
Trapjes mogen niet
als aanleunladders
gebruikt worden,
tenzij ze daarvoor voorzien
zijn.
Horizontale opper-
vlakken die op het
platform van een
trapje lijken maar
niet daarvoor voorzien zijn
(bv. werkplank van kunst-
stof), moeten duidelijk op het
oppervlak gemarkeerd zijn
(indien vanuit constructief
oogpunt noodzakelijk).
• Niet te lang zonder regel-
matige onderbrekingen
op het trapje blijven (ver-
moeidheid is een risico).
• Vergewis u ervan dat het
trapje voor het betreffende
gebruik geschikt is.
44
NL/BE
• Een verontreinigd trapje,
bv. door natte verf, vuil, olie
of sneeuw, niet gebruiken.
• In het kader van professio-
neel moet een risicobeoor-
deling uitgevoerd worden
die rekening houdt met de
rechtsvoorschriften in het
land van gebruik.
• Wanneer het trapje in posi-
tie gebracht wordt, dient er
gelet te worden op het risi-
co op een botsing, bv. met
voetgangers, voertuigen
of deuren. Indien mogelijk,
deuren (nooduitgangen
echter niet) en ramen in de
werkruimte vergrendelen.
• De constructie van het
trapje niet wijzigen.
• Terwijl men op het trapje
staat, mag men dit niet be-
wegen.
• Voor onvermijdelijke werk-
zaamheden onder elektri-
sche spanning niet-gelei-
dende trapjes gebruiken.