5. Druk herhaaldelijk op de knop MODE totdat "nF" wordt weergegeven.
6. Sluit de twee testsondes aan op het te meten component. Let goed op de pola-
riteit als u elektrolytische condensatoren meet.
7. Wacht tot de gemeten waarde stabiliseert. Het opladen van grote condensato-
ren kan tot 3 minuten duren.
à
De display toont de gemeten waarde.
à
De display toont "OL" als de gemeten waarde de max. toegestane waarde
overschrijdt.
8. Verwijder de testsondes van het gemeten object.
9. Schakel de multimeter uit door de draaiknop naar de positie OFF te draaien.
9.8 Meettemperatuur
1. Schakel de multimeter uit door de draaiknop naar de positie OFF te draaien.
2. Steek de temperatuurmeetadapter in de meetpoorten. Steek de zwarte pool
van de adapter in de meetpoort COM van de multimeter.
3. Sluit de temperatuursonde aan op de temperatuurmeetadapter. U kunt de tem-
peratuursonde maar in één richting insteken.
4. Draai de draaiknop naar Temp.
5. (Optioneel) Wijzig de temperatuureenheid door op de knop MODE te drukken.
6. Raak met de punt van de temperatuursonde het voorwerp aan waarvan u de
temperatuur wilt meten.
à
De display toont de gestabiliseerde gemeten temperatuur na ongeveer 30
seconden.
7. Schakel de multimeter uit door de draaiknop naar de positie OFF te draaien.
110