NEDERLANDS
38
geschikt zijn voor de door de fabrikant aangegeven
doeleinden.
Gebruik alleen de bijgeleverde en in de gebruiksaan-
wijzing afgebeelde flens voor de bevestiging van het
zaagblad.
Gebruik de kapzaag nooit voor het zagen van andere
materialen dan in de gebruiksaanwijzing vermeld
staan.
Gebruik de zaagmachine alleen wanneer het bevei-
ligingsmechanisme correct werkt, in goede staat
verkeert en zich in de bedoelde positie bevindt.
Gebruik de afkortzaagmachine alléén met een
correct functionerende en goed onderhouden
veiligheidskap. De veiligheidskap moet zelfstandig
terugzwenken.
Stel de verschuifbare geleider af bij het maken van
een verstek, afschuining of samengesteld verstek om
de juiste vrije spleet voor het zaagblad te garanderen.
Verwijder geen zaagresten of andere delen van
werkstukken uit het zaagbereik wanneer de machine
in bedrijf is en de zaagkop niet in de ruststand staat.
Niet aan de draaiende delen komen.
Bescherminrichting van de machine beslist gebru-
iken.
Defecten aan/storingen van de machine, de veilig-
heidsinrichting of de zaagbladen dienen – zodra zij
geconstateerd worden – bij de voor de veiligheid
verantwoordelijke persoon gemeld te worden.
De pendelbeschermkap opent zich automatisch bij
het naar beneden bewegen van de zaagmachine;
dus niet forceren.
Ondersteun lange werkstukken zonodig met geschi-
kte steunen.
Lange werkstukken moeten goed gesteund worden.
Transporteer de kapzaag alleen met geactiveerde
transportbeveiliging aan de handgreep.
Gebruik het beveiligingsmechanisme niet om de
zaagmachine te transporteren en/of op te tillen.
Sluit de zaag aan op een stofzuiger als u hout zaagt.
Te controleren voor elk gebruik
• Voer voor elk gebruik een visuele controle uit.
• Controleer in het bijzonder de veiligheidsinrichtin-
gen, elektrische bedieningselementen, elektrische
leidingen en schroefverbindingen op beschadi-
gingen en een vaste zitting. Vervang indien nodig
beschadigde onderdelen voordat u begint verstek
te zagen.
• VERWIJDER ALLE STELSLEUTELS. Maak er een ge-
woonte van om te controleren of u alle stelsleutels
uit het gereedschap hebt gehaald voordat u het in
werking stelt
Gevaar voor letsel!
Houd lichaamsdelen en kledij op een veilige
afstand van de roterende delen van het apparaat.
Gebruik een veiligheidsuitrusting die op u is afges-
temd.
Draag lang haar in een haarnet.
Schakel het apparaat onmiddellijk uit wanneer het
blokkeert. Trek de stekker uit het stopcontact en
verwijder het geblokkeerde werkstuk.
Spanen of splinters mogen bij draaiende machine
niet worden verwijderd.
Netaansluiting
Het gebruik is slechts met een foutstroom-
schakelaar (RCD max. foutstroom van 30 mA)
toegestaan.
Uitsluitend op éénfase-wisselstroom en uitsluitend
op de op het typeplaatje aangegeven netspanning
aansluiten. Aansluiting is ook mogelijk op een
stekerdoos zonder aardcontact mogelijk, omdat het
is ontwerpen volgens veiligheidsklasse II. Machine
alleen uitgeschakeld aan het net aansluiten.
Onderhoud
Voor het uitvoeren van willekeurige werkzaam-
heden aan het apparaat de stekker uit het
stopcontact nemen.
Voer voor elk gebruik een visuele controle uit.
Het apparaat mag niet gebruikt worden, als het
beschadigd is of de beschermingsinrichtingen defect
zijn. Vervang versleten of beschadigde onderdelen.
Let op! Indien de aansluitkabel van dit apparaat
wordt beschadigd moet, om de omgeving niet
in gevaar te brengen, deze door de fabrikant, zijn
servicedienst of een gelijkwaardig gekwalificeerde
persoon vervangen worden.
Reparaties en werkzaamheden, die niet in deze
aanwijzing worden beschreven, enkel door gekwalifi-
ceerd personeel laten uitvoeren.
Gebruik alléén origineel toebehoren en originele
onderdelen.
Zorg ervoor dat het werktuig van de stroomvoor-
ziening wordt ontkoppeld voor u het zaagblad
vastmaakt of verwijdert.
Vervang een versleten tafelelement.
De machine, in het bijzonder de luchtsleuven, altijd
goed schoon houden. Nooit water op het apparaat-
lichaam spuiten!
Kunststoffen niet met oplosmiddelen, ontvlambare of
giftige vloeistoffen schoonmaken. Voor het schoonma-
ken een vochtig doekje gebruiken.
Behandel alle beweegbare onderdelen met milieuvri-
endelijke olie.
Enkel een regelmatig onderhouden en een goed
verzorgd apparaat kan een tot tevredenheid werkend
hulpmiddel zijn. Onderhoudsen verzorgingsfouten