4.8
Fundering maken
Geldigheid: Bodemopstelling
270
120
210
240
▶
Maak een put in de grond. De aanbevolen afmetingen
vindt u in de afbeelding terug.
▶
Breng een eerste laag van 100 mm waterdoorlatend
grof grind (3) aan.
▶
Breng een valpijp (1) voor de afvoer van het condens-
water aan.
▶
Breng een volgende laag waterdoorlaatbaar grof grind
aan.
▶
Dimensioneer de diepte (A) volgens de plaatselijke
omstandigheden.
–
Regio met vorst aan de grond: minimumdiepte:
1000 mm
–
Regio zonder vorst aan de grond: minimumdiepte:
600 mm
▶
Dimensioneer de hoogte (B) volgens de plaatselijke
omstandigheden.
▶
Maak twee strookfunderingen (4) van beton. De aanbe-
volen afmetingen vindt u in de afbeelding terug.
▶
Let erop, dat de afstanden van de boorgaten in de stro-
kenfundering alleen voor de montage met de kleine
dempingsvoeten geldt.
▶
Breng tussen en naast de strookfundering een grindbed
(2) aan.
108
1
Ø100
740
740
150
500
240
210
4.9
Werkveiligheid garanderen
Geldigheid: Wandmontage
▶
Zorg voor een veilige toegang tot de montagepositie aan
de wand.
▶
Monteer, wanneer de werkzaamheden aan het product
op een hoogte van meer dan 3 m plaatsvinden, een tech-
nische valbeveiliging.
2
▶
Houd de plaatselijke wetgeving en voorschriften aan.
Geldigheid: Platdakmontage
▶
Zorg voor een veilige toegang tot het platte dak.
▶
Neem een veiligheidsbereik van 2 m tot de valrand in
3
acht, plus een vereiste afstand voor het werken aan het
product. Het veiligheidsbereik mag niet worden betreden.
▶
Monteer als alternatief aan de valrand een technische
valbeveiliging, bijvoorbeeld een belastbaar platform.
▶
Stel als alternatief een technische opvanginrichting op,
bijvoorbeeld een stelling of een vangnet.
▶
Houd voldoende afstand van een dakuitstapluik en tot
platte dakvensters.
▶
Beveilig een dakuitstapluik en platdakvenster tijdens de
werkzaamheden tegen het betreden en erin vallen, bij-
voorbeeld door een afsperring.
4.10
Product opstellen
4
Geldigheid: Bodemopstelling
▶
Gebruik afhankelijk van de gewenste montageme-
thode de passende producten uit de toebehoren.
–
Geen dempingsvoeten
–
Grote dempingsvoeten
–
Verhogingssokkel en kleine dempingsvoeten
▶
Lijn het product horizontaal uit.
Geldigheid: Wandmontage
▶
Controleer de opbouw en het draagvermogen van de
muur. Neem het gewicht van het product in acht.
▶
Gebruik de bij de wandopbouw passende wandhouder
uit het toebehoren.
▶
Gebruik de kleine dempingsvoeten.
▶
Lijn het product horizontaal uit.
Geldigheid: Montage op een plat dak
Waarschuwing!
Gevaar voor lichamelijk letsel door kan-
telen bij wind!
Bij windbelasting kan het product kantelen.
▶
Gebruik twee betonnen sokkels en een
slipvaste mat.
▶
Schroef het product aan de betonnen
sokkel vast.
▶
Gebruik de grote dempingsvoeten.
▶
Lijn het product horizontaal uit.
Installatie- en onderhoudshandleiding 8000015898_00