Nederlands
► Schakel de wielaandrijving in.
De aandrijving is ingeschakeld en de aandrijfas draait.
► Als de motorhak niet achteruit beweegt:
► gebruik de motorhak niet en neem contact op met een
STIHL vakhandelaar.
De koppelingshendel - achteruitversnelling is defect.
Koppelingshendel - zijdelingse verstelling
► Ontgrendel de koppelingshendel - zijwaartse verstelling,
druk deze naar boven en houd hem vast.
De duwstang kan zijwaarts worden versteld.
► Als de duwstang niet zijwaarts kan worden versteld:
► gebruik de motorhak niet en neem contact op met een
STIHL vakhandelaar.
De koppelingshendel - zijwaartse verstelling of de kabel
is defect.
Hoofdschakelaar
► Start de motor.
► Zet de hoofdschakelaar in de positie 0.
De motor slaat af.
► Als de motor niet afslaat:
► gebruik de motorhak niet en neem contact op met een
STIHL vakhandelaar.
De hoofdschakelaar is defect.
Gashendel
► Start de motor.
► Verschuif de gashendel.
Het motortoerental verandert.
► Als het motortoerental niet verandert:
► gebruik de motorhak niet en neem contact op met een
STIHL vakhandelaar.
De gashendel is defect.
Versnellingshendel
► Schakel versnelling 0/R, 1 en 2 in.
► Als een van de versnellingen niet kan worden
ingeschakeld:
188
► gebruik de motorhak niet en neem contact op met een
STIHL vakhandelaar.
De versnellingshendel is defect.
Lichtschakelaar
► Start de motor.
► Druk de schakelaar Aan in.
De koplamp brandt.
► Druk de schakelaar Uit in.
De koplamp gaat uit.
► Als de koplamp niet brandt:
► Controleer of de koplamp defect is.
► Als de koplamp niet in orde is:
► gebruik de motorhak niet en neem contact op met een
STIHL vakhandelaar.
De lichtschakelaar is defect.
11 Met de motorhak werken
11.1 Onderstel in de werkstand zetten
► Trek de splitpen (1) los en neem de pen (2) weg.
11 Met de motorhak werken
0478-404-9604-A