_______________________________________NL_______
• Gebruiken pijpbogen van groter radius.
UITLEIDING VAN DE PIJP
• Vermijden recirculatie van de uitgezogene lucht (bijvoorbeeld door gebruik van tegenover
elkaar omgedraaide pijpeinden, bij inzuigende/uitblazende pijpen).
• Minimale afstand tussen de inzuigende/uitblazende pijpeinden: 800mm
• Gebruiken ellebogen met naar beneden buiging van 90° .
• Let op de plaatsing van de uitleiding van inzuigende pijpen, om zo mogelijk mindere
verontreiniging (stof, reuken, uitlaatgas) te inkomen.
•
Let op, dat uitleiding van de uitblazende pijpen moet verre af terassen en af de grens van
andere vastigheden zijn.
• De uitleiding van de uitblazende pijp mag niet vallen naar de windrichting.
• Bij het gebruik van het luchtfilter (niet gezonden als bestanddeel) moet dit aan de
inzuigende opening van de buitenlucht of het voor onderhoud toegankelijke kanaal
geplaatst worden.
• De voorgeslagene filterdiameter is minst 2,5 –voudig van de diameter van de inzuigende
pijp, alsmede de voorgeslagene gatewijdte is ongeveer 1,2 mm
8.1
Manieren om luchtleidingen aan te sluiten
Luchtuitlaat
Afbeelding 8.1.-1.
___________________32
Luchtinlaat