Grundfos Sololift+ CWC-3 Instructions D'installation Et D'utilisation page 66

3. Installatie
De installatie moet in overeenstemming met plaatse-
lijke wetgeving en richtlijnen worden uitgevoerd.
Houdt u er alstublieft rekening mee dat alle Sololift+
modellen toegankelijk moeten zijn voor onderhoud
en reparatie. Monteurs zullen niet in staat zijn om de
unit te onderhouden of te repareren als deze niet
eenvoudig toegankelijk is.
3.1 Elektrische installatie
De elektrische installatie mag uitsluitend door
hiervoor opgeleid personeel worden uitgevoerd.
De Sololift+ CWC-3 moet volgens het naam-
plaatje op een spanningsbron worden aangeslo-
ten.
De installatie moet een aardlekschake-
laar bevatten voor beveiliging tegen
aardlekstroom. Dit waarborgt de veilig-
heid bij gebruik van een Schuko-plug of
een ander alternatief voor een plug met
aardpen.
De Sololift+ CWC-3 moet op een net-
schakelaar worden aangesloten met
een minimale contactopening van 3 mm
in alle polen.
De opvoerinstallatie moet in overeen-
stemming met de wetgeving tegen
waterspatten worden beschermd.
3.1.1 Bedradingsschema
Rp
C
Ra
Afb. 4
3.1.2 Motorbescherming
Bij te hoge temperaturen schakelt de
thermische beveiliging de motor uit en
schakelt deze weer in als de motor vol-
doende is afgekoeld.
3.2 Mechanische installatie
Het vloerbeslag F moet worden gemonteerd om
opheffing te voorkomen als de ruimte onder water
loopt. De Sololift+ CWC-3 moet zodanig worden
geïnstalleerd dat er voldoende toegang voor onder-
houd is.
3.2.1 Hevelwerking
Indien de aansluiting op het riool onder de bodem
van de opvoerinstallatie ligt, raden wij aan een ont-
luchtingsklep te monteren om hevelwerking te voor-
komen.
66
Indien het laatste leidingdeel na een horizontale
afvoerleiding vertikaal is, dient dit twee maten groter
te zijn dan de horizontale leiding. Indien de horizon-
tale leiding ∅23 is, dient de vertikale leiding ∅40 te
zijn. Indien de horizontale leiding ∅32 is, dient de
vertikale leiding ∅50 te zijn. Zie afb. 5.
Afb. 5
3.2.2 Toepassingsschets
Afb. 6
3.2.3 Afmetingen van holle ruimte
De tekening toont de afmetingen van de holle ruimte
voor de Sololift+ CWC-3.
600 mm
Afb. 7
3.2.4 Toegang tot holle ruimte
De holle ruimte moet worden afgedekt door een
plaat van 500 x 400 mm. De plaat moet uitsluitend
kunnen worden verwijderd met behulp van gereed-
schap.
min. 190 mm