5.12
Condensafvoerleiding aansluiten
Gevaar!
Verwondingsgevaar door bevriezende
condens!
Bevroren condens op paden kan tot een val
leiden.
▶
Zorg ervoor dat afgelopen condens niet
op paden terechtkomt en daar ijs kan vor-
men.
1.
Let erop bij alle installatietypen, dat het optredende
condenswater vorstvrij wordt afgevoerd.
4
3
2
1
Geldigheid: Bodemopstelling
Voorwaarde: Uitvoering zonder afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) uit de
bijverpakking.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter in de valpijp.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Zorg ervoor dat de condensafvoertrechter in het mid-
den boven de valpijp in het grindbed is gepositioneerd.
Voorwaarde: Uitvoering met afvoerleiding
▶
Installeer deze uitvoering alleen in regio's zonder bo-
dembevriezing.
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) en de
adapter (2) uit de bijverpakking.
▶
Sluit de afvoerleiding op de adapter aan.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter en de adapter in de afvoerlei-
ding.
0020299004_09 Installatie- en onderhoudshandleiding
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
Geldigheid: Wandmontage
Voorwaarde: Uitvoering zonder afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) uit de
bijverpakking.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter naar buiten.
▶
Schuif het uiteinde van het verwarmingsdraad zo ver
van buiten door de condenswaterafvoertrechter naar
binnen terug, tot er een U-vormige bocht in de con-
denswaterafvoertrechter overblijft.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Gebruik een grindbed onder het product, om het con-
denswater af te voeren.
Voorwaarde: Uitvoering met afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) en de
adapter (2) uit de bijverpakking.
▶
Sluit de afvoerleiding op de adapter en een regenpijp
aan. Let daarbij op voldoende afschot.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter en de adapter in de afvoerlei-
ding.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Wanneer het om een regio met bodembevriezing gaat,
dan installeert u een elektrische hulpverwarming voor
de afvoerleiding.
Geldigheid: Montage op een plat dak
Voorwaarde: Uitvoering zonder afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) uit de
bijverpakking.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter naar buiten.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Gebruik het plat dak om het condenswater af te voe-
ren.
Voorwaarde: Uitvoering met afvoerleiding
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter (3) en de
adapter (2) uit de bijverpakking.
▶
Sluit de afvoerleiding op de adapter en via een kort
traject op een regenpijp aan. Let daarbij op voldoende
afschot.
▶
Schuif de verwarmingsdraad (1) van binnen door de
condensafvoertrechter en de adapter in de afvoerlei-
ding.
▶
Plaats de binnenliggende verwarmingsdraad zodanig,
dat de lus (4) concentrisch ten opzichte van het gat in
de bodemplaat ligt.
▶
Wanneer het om een regio met bodembevriezing gaat,
dan installeert u een elektrische hulpverwarming voor
de afvoerleiding.
173