WAARSCHUWING:
• Voordat u de motor start, controleert u of er voldoende olie en brandstof aanwezig is.
• Om onverwachte bewegingen te voorkomen, trekt u de koppelingshendel volledig uit voordat u de
motor start.
• Laat de startknop onmiddellijk los na het starten van de motor.
• Als de motor niet gestart kan worden na het 3 ~ 5 seconden activeren van de starter, kan het
helpen om de gashendel te openen en de starterknop in te drukken om de motor te starten.
• De startknop niet langer dan 10 seconden indrukken om beschadiging van de starter te
voorkomen.
• Als de motor na meerdere pogingen niet kan worden gestart, schakelt u het contact uit en wacht u
10 seconden voor de volgende startpoging.
• De startknop niet indrukken wanneer de motor al loopt.
• Uitlaatgas is giftig; de motor a.u.b. starten in ruimtes met goede ventilatie.
De motor uitzetten
Na volledig sluiten van de gashendel.
Verwijder de contactsleutel.
Plaats de scooter op een stevige, vlakke ondergrond met de zijstandaard / hoofdstandaard naar
beneden.
8. Op de scooter rijden
Inrijden
De eerste 1.000 km volgt u de onderstaande instructies om u te verzekeren van de betrouwbaarheid en de
prestaties van uw scooter.
Vermijd starten met vol gas en snel optrekken.
Vermijd plots remmen.
Rijd voorzichtig.
Gasklepregeling
Om te versnellen, opent u het gaspedaal geleidelijk ○,
Om af te remmen, sluit u de gashendel ○,
Wegrijden
Zorg dat de zijstandaard / hoofdstandaard omhoog staat.
Zorg dat de omgeving vrij is.
Open de gashendel geleidelijk om weg te rijden.
○
,B
.
A
.
B
89
○
,A