2.1. Werkgebied en
GEVARENZONE
[ afb. 02 ]
De gebruiker is verantwoordelijk voor
de veiligheid van personen, dingen of
dieren, die zich binnen de gevarenzone
van de machine bevinden.
Deze zone wordt gedefinieerd als het
binnengebied van een cirkel met een
straal van 10 m met het middelpunt
van het op de machine gemonteerde
hulpstuk
[fig. 02 ]
.
OPGELET!
De in deze paragraaf omschreven
gevarenzone annuleert en vervan-
gt die in de GEBRUIKERS - EN ON -
DERHOUDSHANDLEIDING P130.
Wanneer de machine in bedrijf is, is het
om welke reden dan ook niet toegestaan
om in de gevarenzone te zijn. Alleen de
bediener, die de handleiding in al zijn
onderdelen heeft gelezen en begrepen,
is bevoegd om binnen dit gebied te
blijven en het bedieningsstation te
bezetten dat zich achter het stuur
bevindt en het stevig vasthoudt.
Controleer de omgeving voordat u de
machine start. Let vooral op kinderen
en dieren.
Let tijdens het werk altijd op de grond
en de omgeving.
FR-6
2,2. KLEDING
Tijdens
het
werk
veiligheidsschoenen en handschoenen
dragen,
en
gehoorbescherming van ten minste
20dB. De aankoop van dergelijke
persoonlijke
beschermingsmiddelen
is uitsluitend de verantwoordelijkheid
van de klant of de werkgever.
We raden ook het gebruik van een
veiligheidsbril en lange en robuuste
kleding aan.
Wees voorzichtig, want het gevaar
van verwonding van uw vingers of
voeten met de machine in werking, is
aanwezig.
MOET
u
altijd
geluiddempende