nl
|
Burst-modus (Burst Mode)
Burst-melding (Burst Message) 1 verzendt informatie van commando
(Command) 9, nadat de gasmeetwaarde (Primary Value [PV]) aan
variabelenslot (Variable Slot) 0 de activeringsdrempel (Trigger Level) met de
eenheid ppm onmiddellijk heeft overschreden. De volgende burst-meldingen 1
worden in actualiseringsintervallen (Update Periods) verzonden. Bovendien
worden continu gasmeetwaarden verzonden, onafhankelijk van het
overschrijden van de activeringsdrempel.
Via PolySoft kunnen voorgeconfigureerde burst-meldingen met
verschillende actveringsdrempels worden geselecteerd.
Burst-melding (Burst Message) 2 verzendt informatie (hoofdzakelijk fouten en
waarschuwingen) van commando (Command) 48 bij een wijziging (On-Change)
en periodiek over langere tijdsintervallen.
Burst-melding (Burst Message) 3 is gedeactiveerd.
9.3
Configuratie voor zuurstofsensoren
Via PolySoft kunnen voor zuurstofsensoren ontwikkelde burst-modus-
configuraties worden geselecteerd.
Deze configuraties zijn geoptimaliseerd voor een snelle alarmering en een
maximale batterijwerktijd.
9.3.1
Waarschuwing voor zuurstofverrijking
Het gebruik van één van deze configuraties heeft de volgende effecten:
Burst-melding (Burst Message) 1 verzendt informatie van commando
(Command) 9, nadat de gasmeetwaarde (Primary Value [PV]) aan
variabelenslot (Variable Slot) 0 de ativeringsdrempel (Trigger Level) met de
eenheid Vol% onmiddellijk heeft overschreden. De volgende burst-meldingen 1
worden in actualiseringsintervallen (Update Periods) verzonden. Bovendien
worden continu gasmeetwaarden verzonden, onafhankelijk van het
overschrijden van de activeringsdrempel.
Burst-melding (Burst Message) 2 verzendt informatie (hoofdzakelijk fouten en
waarschuwingen) van commando (Command) 48 bij een wijziging (On-Change)
en periodiek over langere tijdsintervallen.
Burst-melding (Burst Message) 3 is gedeactiveerd.
190
Gebruiksaanwijzing
|
Dräger Polytron
9.3.2
Waarschuwing voor zuurstofgebrek
Het gebruik van één van deze configuraties heeft de volgende effecten:
Burst-melding (Burst Message) 1 verzendt informatie van commando
(Command) 9, nadat de gasmeetwaarde (Primary Value [PV]) aan
variabelenslot (Variable Slot) 0 de activeringsdrempel (Trigger Level) met de
eenheid Vol% onmiddellijk heeft overschreden. De volgende burst-meldingen 1
worden in actualiseringsintervallen (Update Periods) verzonden. Bovendien
worden continu gasmeetwaarden verzonden, onafhankelijk van het
overschrijden van de activeringsdrempel.
Burst-melding (Burst Message) 2 verzendt informatie (hoofdzakelijk fouten en
waarschuwingen) van commando (Command) 48 bij een wijziging (On-Change)
en periodiek over langere tijdsintervallen.
Burst-melding (Burst Message) 3 is gedeactiveerd.
9.3.3
Waarschuwing voor zuurstofgebrek en
zuurstofverrijking
Het gebruik van één van deze configuraties heeft de volgende effecten:
Burst-melding (Burst Message) 1 verzendt informatie van commando
(Command) 9, nadat de gasmeetwaarde (Primary Value [PV]) aan
variabelenslot (Variable Slot) 0 het drempelvolume (Trigger Level) met de
eenheid Vol% onmiddellijk heeft overschreden. De volgende burst-meldingen 1
worden in actualiseringsintervallen (Update Periods) verzonden. Bovendien
worden continu gasmeetwaarden verzonden, onafhankelijk van het
overschrijden van de activeringsdrempel.
Burst-melding (Burst Message) 2 verzendt informatie van commando
(Command) 9, nadat de gasmeetwaarde (Primary Value [PV]) aan
variabelenslot (Variable Slot) 0 de activeringsdrempel (Trigger Level) met de
eenheid Vol% onmiddellijk heeft overschreden. De volgende burst-meldingen 1
worden in actualiseringsintervallen (Update Periods) verzonden. Bovendien
worden continu gasmeetwaarden verzonden, onafhankelijk van het
overschrijden van de activeringsdrempel.
Burst-melding (Burst Message) 3 verzendt informatie (hoofdzakelijk fouten en
waarschuwingen) van commando (Command) 48 bij een wijziging (On-Change)
en periodiek over langere tijdsintervallen.
®
6100 EC WL, Dräger Polytron
®
®
Repeater WirelessHART