Gebruik
Instellingen vermogensniveau
Aangezien de standen afhankelijk zijn van de hoeveelheid en samenstelling van het gerecht in de
pan, geldt de onderstaande tabel alleen als richtlijn.
Niveau
Gebruik stand 1-5 voor:
Gebruik stand 6 - 9 voor:
Gebruik stand 10 - 11 voor: •
Gebruik stand 12 voor:
Gebruik de boost-stand voor: •
Vermogensverdeling van kookzones
•
Afhankelijk van het type kookplaat kunnen de kookzones elkaar beïnvloeden. Wanneer meerdere
van deze kookzones tegelijkertijd worden ingeschakeld, wordt de capaciteit automatisch verdeeld
over de ingeschakelde zones.
•
Wanneer de maximale capaciteit van de combinatie van kookniveaus tijdens het instellen wordt
bereikt, worden één of meer zones automatisch gereduceerd tot de hoogst mogelijke instelling
op dat moment. Dit wordt aangegeven door het knipperen van het betreffende bedieningselement.
16
Doel
•
trekken van bouillon
•
stoven van vlees
•
sudderen van groenten
•
smelten van chocolade
•
pocheren
•
smelten van kaas
•
doorkoken van grote hoeveelheden
•
ontdooien van harde groenten
•
bakken van dikke lappen gepaneerd vlees
bakken van dikke pannenkoeken
•
bakken van dikke lappen gepaneerd vlees
•
bakken van bacon (vet)
•
koken van rauwe aardappelen
•
gepaneerde vis maken
•
garen van vis
•
bakken van dunne lapjes gepaneerd vlees
•
aanbraden van vlees,
•
bereiden van vis,
•
een omelet bakken,
•
bakken van gekookte aardappelen,
•
frituren van voedsel.
snel aan de kook brengen van voedsel of vloeistoffen
•
slinken van groenten