Beperk de geluidsontwikkeling en vibratie tot een mi-
nimum!
• Gebruik enkel intacte toestellen.
• Onderhoud en reinig het toestel regelmatig.
• Pas uw manier van werken aan het toestel aan.
• Overbelast het toestel niet.
• Laat het toestel indien nodig nazien.
• Schakel het toestel uit als het niet wordt gebruikt.
• Draag handschoenen.
7. Vóór inbedrijfstelling
WAARSCHUWING:
Voor uw persoonlijke veiligheid mag u het gereed-
schap nooit aansluiten op de stroombronuitgang
zolang de montagestappen niet zijn voltooid en u de
veiligheids- en bedieningsinstructies niet hebt gele-
zen en begrepen.
Kolom naar voet, afb. 3
1. Plaats de voet (1) op de vloer of een bank.
2. Plaats de kolommontage (2) op de voet en lijn de
openingen in de kolomsteun uit op de openingen
in de voet.
3. Om de kolomeenheid te bevestigen, schroeft u de
drie schroeven (a) vast in de bodemplaat en maakt
u ze vast met een moersleutel.
Tafel en kolom, afb. 4
1. Schuif de boortafel (3) op de kolom (2). Plaats de
tafel direct boven de bodemplaat.
2. Installeer de boutvergrendeling van de tafel (b) in
de tafeleenheid vanaf de linkerzijde en maak deze
stevig vast.
Machinekop en kolom, afb. 5
Schuif de machinekop (4) op de kolom (2).
1
2
Plaats de as van de boormachine met de tafel en
bodemplaat in het deksel en bevestig de 2 inbus-
schroeven (c).
Boorkopbescherming met diepteaanslag, afb. 6
Pas de klauwplaatbescherming met de diepteaan-
slag (8) op de spilbuis en maak de sleufschroef (d)
vast.
Voorzichtig! De diepteaanslag moet worden inge-
voerd door de boring (13) in de behuizing. Schroef
de twee moeren (B1/2) vast en plaats de indicator (g)
op de diepteaanslag. De indicator (g) moet naar de
schaal wijzen.
Toevoerhandgrepen naar de asnaaf, afb. 7
1
Schroef de toevoerhandgrepen (A) stevig vast in
de schroefopeningen in de naaf.
De klauwplaat installeren, afb. 8
Maak de conische opening in de klauw-
1
plaat en de asconus schoon met een schoon
stuk
stof.
Controleer
de deeltjes aan de oppervlakken plakken.
www.scheppach.com / service@scheppach.com / +(49)-08223-4002-99 / +(49)-08223-4002-58
of
er
geen
vreem-
Het kleinste stukje vuil op een van deze opper-
vlakken kan verhinderen dat de klauwplaat correct
wordt bevestigd. Hierdoor zal de boorkop wanke-
len". Als de conische opening in de klauwplaat
extreem vuil is, moet u een reinigend oplosmiddel
op een schone doek gebruiken.
2
Duw de klauwplaat zo ver mogelijk omhoog op
de spilneus.
Draai de klauwplaatmof linksom (gezien vanaf de
3
bovenkant) en open de klauwen in de boorkop
volledig.
Leg een stuk hout op de machinetafel en laat de
4
spil zakken tot op het houtstuk. Druk stevig aan
zodat de toevoer correct zit.
De radiale boorkolom bevestigen op het onder-
steunend vlak.
Voor uw eigen veiligheid wordt het sterk aanbevo-
len om de machine te installeren op een bank of een
soortgelijk oppervlak.
WAARSCHUWING:
Alle nodige aanpassingen voor de goede werking
van uw kolomboor zijn uitgevoerd in de fabriek. Wij-
zig ze niet.
Omdat uw gereedschap echter onderhevig is aan
normale slijtage, kunnen sommige nieuwe aanpas-
singen nodig zijn.
WAARSCHUWING:
Koppel het gereedschap altijd los van de stroombron
vóór elke aanpassing"
Spilterugslagveer, afb. 9
Het is mogelijk dat u de terugslagveer van de spilbus
moet aanpassen als de spanning zo is, dat de spil-
bus te snel of te langzaam terugkeert.
Voor meer werkruimte u lager de tafel.
1
2
Werk aan de linkerkant van de boor.
3
Draai de stop moer (B) in de laagste stand en zet
het vast met een moersleutel op. Dit voorkomt dat
de as uit kunnen vallen tijdens de aanpassing.
Druk een schroevendraaier in de onderste voorste
4
groef (C) van de veer (D). Hou hem daar.
Verwijder de schroef (E) en de moer (C) los met
5
een inbussleutel (SW5).
6
Draai de schroef met de veer (D) voorzichtig tegen
de klok in totdat de pen naar de volgende groef
(G) op zijn plaats. Gebruik de schroevendraaier
niet verwijderen.
Installeer de gekartelde moer (C) en de schroef
7
(E) weer.
8
Als niet het einde mag voorspanning op de veer
genoeg zijn, herhaalt u de stappen, waar je heen
gaat altijd een aanleggen en elke keer opnieuw
controleren de bias. De beste voorspanning wordt
ingesteld als de spil langzaam van 20 mm Diepte
wordt weer in de bovenste positie.
9
Controleer of de as vrij kan bewegen. Indien de
kop moeten klemmen, draai de schroef (E) en de
moer (F), totdat de spindel weer vrij kan bewegen.
NL
67 / 152