Bpm-Functie; Brak-Functie; Reverse-Functie; Time - MC Crypt IN THE MIX Notice D'emploi

PITCH-BEND-toetsen
• Houd de betrokken PITCH-BEND-toets (14 resp. 16) tijdens de weergave ingedrukt, om de snelheid met tot
16 % te wijzigen.
De toets PITCH BEND - (16) verlaagt de snelheid.
De toets PITCH BEND + (14) verhoogt de snelheid.
• In welke mate de afspeelsnelheid afwijkt, is afhankelijk van hoe lang de betreffende PITCH-toets ingedrukt blijft.
• Na het loslaten van de toets keert de weergave terug naar de originele snelheid resp. de snelheid die door de
PITCH-schuifregelaar (21) is bepaald.
n) BPM-functie
Met de toets TAP (18) kunnen de beats van een muziekstuk per minuut worden berekend (Bpm = beats per minute).
• Druk tijdens de weergave op de beats van de muziek op de toets TAP (18).
• Op het display (17) verschijnt het resultaat onder de "BPM"-aanduiding.
o) BRAK-functie
Bij de BRAKE-functie loopt het nummer langzaam aan of uit nadat de PLAY/PAUSE-toets (13-) werd ingedrukt.
Met deze functie wordt de aanloop of stop van een langspeelplaat gesimuleerd.
• Druk op de toets BRAKE (4) om de functie te activeren resp. uit te schakelen. De toets licht op bij geactiveerde
BRAKE-functie.
p) REVERSE-functie
Bij geactiveerde REVERSE-functie wordt de titel achterwaarts afgespeeld.
• Druk op de toets REVERSE (5) om de functie te activeren resp. uit te schakelen! De toets licht op bij geac-
tiveerde REVERSE-functie.
q) TIME
Met de toets TIME (3) wordt tussen de verschillende tijdsaanduidingen (afgelopen speelduurvan het nummer >
totale overblijvende speelduur > overblijvende speelduur van het nummer) van het display omgeschakeld.
• Druk op de toets TIME (3) tot de gewenste tijdsaanduiding op het display verschijnt.
De totale overblijvende speelduur wordt uitsluitend bij audio-cd's op het display weergegeven. Bij
gebruik van een USB-stick, SD-kaart of bij cd's met MP3-muziekbestanden wordt de totale speelduur
niet weergegeven.
r) SINGELE/CONTINUE-weergave
• Selecteer met de toets SINGLE/CONTINUE (11) voor het afspelen van afzonderlijke nummers (SINGLE) of
voor het continu afspelen van nummers (CONTINUE). Bij afspelen van de afzonderlijke titels gaat het apparaat
na iedere afgespeelde titel in de pauze-modus.
s) SCRATCH
Wanneer de SCRATCH (vinyl)-functie is geactiveerd, kunt u met het JOG-wiel (2) het geselecteerde nummer in
de play- of pauzestand zoals bij een platenspeler scratchen.
• Druk op de toets VINYL (20) om de functie te activeren resp. uit te schakelen. De toets licht op bij geactiveerde
functie.
• Draai nu aan het JOG-wiel (2) om te scratchen.
101