Wanneer de automaat uitgeschakeld is, kunt u SOMNOcomfort 2e uitsluitend via de in-/
uitschakeltoets in- en uitschakelen.
Wanneer het apparaat 15 minuten lang niet wordt gebruikt, schakelt het automatisch uit.
4.2 SOMNOcomfort 2e in bedrijf stellen
Gebruik altijd een uitademsysteem. Via het uitademsysteem ontwijkt de verbruikte kooldi-
oxide- (CO
-) houdende lucht uit het masker. Zonder uitademsysteem zou de CO
2
tratie in het masker en de slang op kritische waarden stijgen en daardoor de ademhaling
van de patiënt hinderen.
Het uitademsysteem moet steeds in de nabijheid van het masker gemonteerd zijn.
In sommige maskersystemen is al een uitademsysteem geïntegreerd. In dit geval is er geen
apart uitademsysteem noodzakelijk. Lees hiervoor de betreffende gebruiksaanwijzing van
het toegepaste masker.
1.
Als uw masker niet over een geïntegreerd uitademsysteem beschikt, steekt u het
uitademsysteem op het einde van de ademslang.
Bij vooraf ingestelde softstart gaat vervolgens de softstart-indicatie branden en de
softstartduur verschijnt in het display.
SOMNOcomfort 2e is nu bedrijfsklaar.
2.
Verbind de ademslang inclusief uitademsysteem met
het ademmasker (steekconus). Let daarbij op de over-
eenkomstige gebruiksaanwijzing van de masker- c.q.
uitademsystemen.
Voer de ademslang van uw hoofd weg. Leg de
ademslang nooit om uw hals.
3.
Druk a.u.b. op de in-/uitschakeltoets. Als de automaat
geactiveerd is, kunt u de SOMNOcomfort 2e door een
ademstoot inschakelen.
De therapieduur verschijnt ca. 3 seconden op het dis-
play. De flowgenerator begint lucht door de adem-
slang te transporteren.
-concen-
2
Bediening
NL
117