Voor u componenten gaat
aansluiten
LET OP
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan
op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de
componenten gemaakt zijn.
Kabelaanduidingen
Voor analoge signalen
Linker analoge bedrading
Rechter analoge bedrading
Voor digitale signalen
Optische kabels
Coaxiale bedrading
Voor videosignalen
Videobedrading
S-videobedrading
Analoge aansluitingen
Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u
via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge
aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met
de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe
transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of
optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen
gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS
ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component
zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting
verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting
binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale
ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen
met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
Opmerking
In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden
van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen
audiosignalen die binnenkomen via de analoge
ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC)
uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier
zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL)
ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de
DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen kunnen worden
weergegeven.
AANSLUITINGEN
Stofkapje
Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de
optische glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje
niet weg. Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt,
dient u het stofkapje er weer op te doen. Dit kapje
beschermt de aansluiting tegen stof en vuil.
Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke
L
aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw
R
beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S VIDEO
aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave
via de VIDEO aansluitingen. Wanneer V CONV. op "ON"
O
(zie bladzijde 66) is ingesteld, zullen signalen die
C
binnenkomen via de VIDEO aansluitingen kunnen worden
gereproduceerd via de S VIDEO en COMPONENT VIDEO
aansluitingen. Op dezelfde manier zullen signalen die
binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen kunnen worden
V
gereproduceerd via de COMPONENT VIDEO aansluitingen.
S
V
V
V
VIDEO aansluiting
Voor conventionele composiet videosignalen.
S VIDEO aansluiting
Voor S-video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C)
gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en
kleurverschil (P
beste beeldkwaliteit.
Signaalschema binnenin het toestel
COMPONENT
VIDEO
S VIDEO
VIDEO
Opmerking
Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via
de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting
binnenkomende signalen voorrang.
S VIDEO
VIDEO
, P
) gescheiden videosignalen voor de
B
R
Ingang
Alleen wanneer V CONV. op ON staat
(zie bladzijde 66)
AANSLUITINGEN
COMPONENT VIDEO
P
P
Y
R
B
Uitgang
(MONITOR OUT)
17