i) Opgangs-/ondergangstijd voor zon/maand voor een andere stad of
een andere datum weergeven
• Om de gegevens voor een willekeurig ander land of een andere stad of voor andere datum
(jaar/maand/dag) weer te geven, houdt u de toets „SUN/MOON" (B4) gedurende 3 seconden
ingedrukt.
Vervolgens knippert het land op het scherm (zie lijst met landen/steden op het einde van de
gebruiksaanwijzing).
• Stel nu het land in met de toetsen „8 (12/24)" (B11) of „2/
• Druk kort op de toets „SUN/MOON" (B4), de stad knippert.
Stel de stad in met de toetsen „8 (12/24)" (B11) of „2/
• Druk kort op de toets „SUN/MOON" (B4), het jaar knippert.
Stel nu het jaar in met de toetsen „8 (12/24)" (B11) of „2/
• Druk kort op de toets „SUN/MOON" (B4), de maand knippert.
Stel de maand in met de toetsen „8 (12/24)" (B11) of „2/
• Druk kort op de toets „SUN/MOON" (B4), de dag knippert.
Stel de dag in met de toetsen „8 (12/24)" (B11) of „2/
• Druk kort op de toets „SUN/MOON" (B4), daarop berekent het weerstation de overeenkoms-
tige gegevens. Gedurende deze tijd (enkele seconden) knipperen er alleen streepjes in het
weergavebereik van de opgangs-/ondergangstijden.
• Als de maan op een dag niet zal schijnen, verschijnt in de plaats van de opgangs-/ondergangstijd
voor de maan alleen streepjes op het scherm.
Als de maand de volgende dag op- of ondergaat, wordt in het overeenkomstig weergavebereik
in de plaats van een tijd alleen „+1" weergegeven.
De gegevens voor de opgangs-/ondergangstijd voor zon en maan worden alleen bij
benadering berekend. Bovendien kan het weerstation niet voor elke plaats in Europa
gegevens weergeven, maar alleen voor enkele dozijn steden.
Als u nauwkeurige gegevens nodig hebt, raadpleegt u vb. de overeenkomstige
informatie op het internet.
132
" (B12) in.
" (B12) in.
" (B12) in.
" (B12) in.
" (B12) in.