NL
B
• Beschadigde kabels, koppelingen en
stekkers of aansluitingen die niet beant-
woorden aan de voorschriften mogen niet
gebruikt worden. Trek bij beschadiging of
doorsnijden van de stroomdraad onmiddel-
lijk de stekker uit het stopcontact.
Werken met de elektrische kettingzaag:
•
Werk niet met de elektrische kettingzaag
als u moe bent of na inname van alkohol
of medicijnen. Pauzeer regelmatig.
•
Draag tijdens het werk steeds geschikte
werkkledij, die voldoende bewegingsvrij-
heid biedt. Hiertoe behoren veiligheids-
helm, oorbescherming, veiligheidsbril of
masker, snijvaste handschoenen, snij-
vaste veiligheidsschoenen met vaste zool
en veiligheidsbroek met speciale zaagbe-
scherming.
•
De kettingzaag is gemaakt om met twee
handen te gebruiken. Werk nooit met een
hand of boven de schouders.
•
Leg de stroomkabel steeds achter de per-
soon die de zaag bedient. De stroomkabel
moet steeds naar achter, weg van de ket-
tinzaag gelegd worden.
•
Houdt de werkplaat steeds netjes. Begin
pas met werken als de werkplaats vrij
is van hindernissen en u een vluchtweg
heeft als de boom valt.
•
Let erop, dat er zich geen mensen of
dieren in de werkomgeving bevinden. Let
vooral op kinderen.
•
Let op een stabiele en veilige houding bij
het zagen. Werk nooit op een ladder, in
de boom of op onstabiele plaatsen. Wees
bij werkzaamheden op hellingen uiterst
voorzichtig.
•
Start de kettingzaag nooit vooraleer het
zwaard, de ketting en de bescherming
van het kettingwiel juist gemonteerd zijn.
•
Zorg ervoor, dat de kettingzaag bij het aan-
schakelen en tijdens het werken niet met
stenen, keien, draad of andere voorwerpen
in aanraking komt. Zet de Zaag uit voordat
u ze neerlegt.
60
•
Werk niet als het regent, bij slechte
weersomstandigheden of in een vochtige
omgeving. Werk enkel met goede verlich-
ting.
•
Let erop, dat de handvaten bij de werk-
zaamheden droog en schoon zijn.
•
Werk enkel in het opgegeven prestatie-
domein. Gebruik geen machines met een
zwak vermogen voor zwaar werk. Gebruik
de machines niet voor doeleinden waar-
voor ze niet geschikt zijn.
•
Werk niet met een beschadigde, onvol-
ledige of een door amateurs (= geen
toestemming van de producent) gewij-
zigde elektrische kettingzaag. Gebruik
de kettingzaag nooit met defekte veilig-
heidsuitrusting. Gebruik geen machines
waarvan men de schakelaar niet kan
uit- of aanzetten. Kontroleer voor gebruik
de veiligheidstoestand van de elektrische
kettingzaag, in het bijzonder het zwaard,
de kettingrem en de ketting.
•
Beschadigde veiligheidsmechanismen
en onderdelen moeten van een erkende
vakwerkplaats gerepareerd of vervangen
worden, inzover niet anders in de ge-
bruiksaanwijzing vermeld staat.
•
Trek bij niet gebruik van de machine, voor
onderhoud, reiniging of bij vervanging
van onderdelen de stekker uit. Let erop,
dat de kettingzaag uitgeschakeld is als u
de stekker in het stopcontact steekt.
•
Meerdere onderhoudswerkzaamheden,
die niet in deze gebruiksaanwijzing ver-
noemd worden, mogen enkel van de klan-
tendienst voor kettingzagen uitgevoerd
worden.
•
Gebruik enkel onderdelen die in deze
aanwijzing aanbevolen worden.
•
Zet elke keer bij het snijden de klemhen-
del vast en begin dan pas met zagen.
•
Wees bij het zagen van kleine struiken
en takken uiterst voorzichtig. De takken
kunnen vastraken in de zaag en u in het
gezicht slaan of kunnen u uit evenwicht
brengen.