GYS PULSFEED 4L Mode D'emploi page 85

INSTELLINGEN TOEGANKELIJK IN DE GRAPH MODULE (LASCYCLUS)
De primaire booglengte heeft invloed op de overige booglengtes van de cyclus (het verlengen van de primaire booglengte zal ook de booglengte
van de hotstart, upslope enz verlengen.)
Betekenis van de overige symbolen :
Thermische beveiliging.
Instellen van de te lassen dikte.
Spanningsindicator.
Stroom-indicator.
Afstellen van de snelheid van de motor.
2
1
3
4
MMA Modus
PULSFEED 4L
Pre-gas : duur Pre-gas.
TSoftstart : Duur van de zachte opstartfase (SoftStart).
THotstart : Duur van de opstartfase (HotStart).
TCraterFiller : Duur van de krater-vulling.
TUpslope : Duur van de opstartfase.
Downslope : Duur van de afbouw.
PostGaz : Duur van Post-gas.
I Hotstart : Stroom tijdens de opstartfase (Hotstart).
I CraterFiller : Stroom tijdens het vullen van de krater (Crater Filler).
I Cold : Verhouding van de stroom voor de koude periode.
CREEP SPEED : reductie-factor van de toenaderingssnelheid (verminderen bij dikker
plaatwerk, bijvoorbeeld 50%. Niet wijzigen bij dunner plaatwerk).
Geeft toegang tot het instellen van de lengtes, fase voor fase (Softstart, Hotstart,
Upslope, Lassen, Downslope, CraterFiller).
Delta U Cold : Booglengte voor de koude periode.
Delta U Downslope : Booglengte tijdens de afbouw.
Delta U Softstart : Booglengte tijdens de softstart.
Delta U Soudage : Booglengte tijdens de lasfase.
Delta U Hotstart : Booglengte tijdens de opstartfase (Hotstart).
Delta U Crater Filler : Booglengte tijdens het vullen van de krater.
Delta U Upslope : Booglengte tijdens de Upslope fase.
: Frequentie in PiP modus.
Cyclische rapport van de warme periode in PiP modus.
Inductie
Algemene booglengte (Softstart, Hotstart, Upslope, Lassen,
Downslope, CraterFiller)
Eenvoudige modus.
Complete modus.
Graph. modus.
HOT START (%)
1
40
HOT START (S)
2
0.2
CURRENT (%)
3
100
ARC FORCE (%)
4
50
NL
85