Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 44
De hydraulische aansluiting moet uitgevoerd worden door
gekwalifi ceerd personeel dat een conformiteitverklaring
kan afl everen overeenkomstig het Ministerieel Besluit.
37 ex L. 46/90. Tijdens de installatie en het gebruik van het
apparaat moeten de plaatselijke en nationale wetten en de
Europese normen in acht worden genomen. In Italië refereert
men aan de norm UNI 10683/2012 alsmede aan de regionale
indicaties of de indicaties van de plaatselijke ASL. In Frankrijk
verwijst men naar Decreet 2008-1231. Het is echter essentie-
el te verwijzen naar de wetten die gelden in elk land. Vraag
de beheerder om toestemming alvorens u het apparaat in een
meergezinshuis installeert.
CONTROLE COMPATIBILITEIT MET ANDERE
INSTALLATIES
In Italië de ketel mag NIET worden geïnstalleerd in dezelfde
kamer waar zich gasverwarmingstoestellen bevinden van het
type B (vb. gasketels, kachels en apparaten met wasemkap)
want de thermokachel zou een depressie kunnen creëren in de
kamer en de werking ervan in het gevaar brengen of beïnvlo-
eden.
CONTROLE ELEKTRISCHE AANSLUITING
stekkerdoos op een bereikbare plek aan)
De ketel is voorzien van een elektrische voedingskabel die op
een 230 V 50 Hz stopcontact, het liefst voorzien van een ma-
gnetothermische schakelaar, moet worden aangesloten.
Spanningsvariaties van meer dan 10% kunnen de ketel negatief
beïnvloeden (we raden u aan om, als dit niet voorzien is, een
passende differentieelschakelaar te installeren). De elektrische
installatie moet aan de normen voldoen; controleer met name
de doeltreffendheid van de aarding. De voedingslijn moet een
doorsnede hebben die geschikt is voor het vermogen van de
apparatuur.
De slechte functionering van het aardecircuit veroorzaakt sto-
ringen waar Edilkamin zich niet verantwoordelijk voor acht.
PLAATSING EN AFSTANDEN VOOR BRANDVEILI-
GHEID
Voor een correcte werking van de ketel dient deze waterpas op
de vloer te worden geplaatst. Controleer de draagkracht van de
vloer. De ketel moet worden geïnstalleerd met inachtneming
van de volgende veiligheidsvoorwaarden:
- brandbare materialen moeten op minstens 10 cm van de ketel
geplaatst worden.
- aan de voorkant van de ketel moeten licht ontvlambare mate-
rialen op een afstand van minstens 80 cm worden geplaatst.
- als de ketel op een ontvlambare vloer geplaatst wordt, moet
tussen de thermokachel en de bodem een plaats van warmte
isolerend materiaal worden aangebracht.
De plaat moet aan de zijkanten 20 cm en aan de voorkant 40 cm
uitsteken. Op de thermokachel en in het geval van afstanden die
kleiner zijn dan de veiligheidsafstanden mogen geen voorwer-
pen van ontvlambare materialen worden geplaatst. In het geval
van een aansluiting op een houten wand of een wand van andere
ontvlambare materialen is het noodzakelijk
LUCHTTOEVOER: absoluut noodzakelijk
Het is noodzakelijk dat de installatieruimte van de ketel vo-
orzien is van een luchttoevoer met e en minimum doorsnede
van 80 cm² zodat het herstel van de verbruikte lucht voor de
verbranding gegarandeerd wordt. In Frankrijk verwijst men
naar Decreet 2008-1231. De ketel kan ook lucht aanvoeren door
een rechtstreekse verbinding naar buiten via een verlengstuk op
de stalen buis met een diameter van 4 cm. In dat geval kunnen
problemen ontstaan door condensatie en moet u de luchttoevoer
met een netje beschermen, waarbijeen minimale vrije doorgang
van 12cm² is gewaarborgd. De buis moet korter zijn dan 1 meter
en mag geen bochtenhebben. De buis moet eindigen met een
segment van 90° naar beneden gericht met een windbescherming
In ieder geval helemaal luchtinlaat kanaal moeten worden moet
een vrije doorsnede van minstens 12 cm
Bescherm het uiteinde van de luchtinvoer met een insectenroo-
ster dat de nuttige doorsnede van 12 cm

INSTALLATIE

ROOKAFVOER
Het afvoersysteem mag uitsluitend door de ketel gebruikt
worden (het is niet toegestaan dat de schoorsteen tevens
voor andere installaties gebruikt wordt).
In Duitsland kan de afvoer gebeuren in meerdere schoorstenen
met expliciete controle van een schoorsteenveger.
Het afvoeren van de rook vindt plaats door een leiding aan de
achterkant met een doorsnede van 8 cm. We raden de installatie
van een T-stuk met een condens verzameldop aan op het begin-
stuk van het verticale deel. De rookafvoer moet met behulp van
geschikte stalen leidingen EN 1856 gecertifi ceerd.
Alle buizen moeten hermetisch afgesloten zijn en, indien no-
dig, geïsoleerd.
Om de verschillende elementen van het buizensysteem her-
metisch af te sluiten, dienen materialen gebruikt te worden
die bestand zijn tegen hoge temperaturen (silicone of mastiek
geschikt voor hoge temperaturen).
Het enige horizontale deel mag tot 2 m lang zijn. Een totaal van
3 bochten met een max. wijdte van 90° is toegestaan.
Het is noodzakelijk (als de afvoer niet in een schoorsteen
uitkomt) een verticaal deel en een windwerend eindstuk te
(breng de
installeren (referentie UNI 10683/2012).
Het verticale kanaal kan zowel intern als extern zijn. Als het
rookkanaal zich in de buitenlucht bevindt, moet hij op passende
wijze geïsoleerd zijn. Als het rookkanaal in een schoorsteen
uitkomt, moet deze geschikt zijn voor vaste brandstoffen.
Als de doorsnede groter is dan 150 mm, is het noodzakelijk
hem te verkleinen door hier leidingen met een juiste doorsnede
en gemaakt van passende materialen in aan te brengen (bijv.
stalen leidingen met een doorsnede van 80 mm).
De verschillende delen van het rookkanaal moeten geïnspecte-
erd kunnen worden. Wanneer het rookkanaal niet demonteer-
baar is moet deze kijkglazen voor het reinigen hebben.
De ketel is ontworpen om te werken bij elke weersomstandi-
gheid. In geval van bijzondere omstandigheden, zoals sterke
wind, kan het veiligheidssysteem tussenkomen wat de ketel
uitdooft. Laat in dergelijke gevallen het apparaat nooit met
gedeactiveerde beveiligingen functioneren. Neem contact op
met uw Dealer als het probleem aanhoudt.
2
gewaarborgd worden.
2
niet beperkt.
- 114
- 114
TYPISCHE GEVALLEN
Afb. 1
A:
geïsoleerde stalen schoorsteen
B:
minimum hoogte 1,5 m, en alleszins voorbij de dakrand
C-E: externe luchttoevoer (doorgang minimaal 80 cm²)
D:
stalen rookkanaal in een bestaande gemetselde schoorsteen.
SCHOORSTEENPOT
De fundamentele eigenschappen zijn:
- interne doorsnede aan de onderkant gelijk aan de doorsnede
van de schoorsteen
- doorsnede van de afvoer minstens tweemaal zo groot als de
doorsnede van de schoorsteen
- bovenop het dak in de wind geplaatst buiten het bereik van
refl uxzones.
-
-
Afb. 2

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières