Nederlands
De kleding moet vrij zijn van brandbare
stoffen (spanen, brandstof, olie, enz.).
Geen kleding dragen die verward kan
raken in de bewegende delen van het
apparaat – geen sjaal, stropdas en
sieraden. Lang haar in een
paardenstaart binden en dusdanig
vastmaken, dat het zich boven de
schouders bevindt.
Veiligheidslaarzen met
een stroeve, slipvrije zool
en stalen neus dragen.
WAARSCHUWING
Om de kans op oogletsel
te reduceren een nauw
aansluitende veiligheids-
bril volgens de norm
EN 166 dragen. Erop let-
ten dat de veiligheidsbril
goed zit.
Een gelaatsbeschermer dragen en erop
letten dat deze goed zit. Een
gelaatsbeschermer alleen biedt
onvoldoende bescherming voor de
ogen.
Veiligheidshelm dragen bij gevaar voor
vallende voorwerpen.
Tijdens het werk kan/kunnen er stof
(bijv. kristalstof uit het door te slijpen
voorwerp), vrijkomende dampen en rook
ontstaan – gevaar voor de gezondheid!
Bij stofontwikkeling altijd een stofmasker
dragen.
Bij te verwachten vrijkomende dampen
of rook (bijv. bij het doorslijpen van
composieten) een mondkapje dragen.
4
"Persoonlijke" gehoorbescherming
dragen – zoals bijv. oorkappen.
Robuuste werkhand-
schoenen van slijtvast
materiaal dragen (bijv.
leer).
STIHL biedt een omvangrijk programma
aan persoonlijke beschermuitrusting.
Motorapparaat vervoeren
Altijd de motor afzetten.
Het apparaat alleen aan de draagbeugel
dragen – de doorslijpschijf naar achteren
gericht – de hete uitlaatdemper van het
lichaam af.
Hete machineonderdelen, vooral de
uitlaatdemper, niet aanraken – kans op
brandwonden!
Het motorapparaat nooit met
gemonteerde doorslijpschijf vervoeren –
kans op breuk!
In auto's: het motorapparaat tegen
omvallen, beschadiging en tegen het
weglekken van benzine beveiligen.
Tanken
Benzine is bijzonder licht
ontvlambaar – uit de
buurt blijven van open
vuur – geen benzine mor-
sen – niet roken.
Voor het tanken de motor afzetten.
Niet tanken zolang de motor nog heet is
– de benzine kan overstromen –
brandgevaar!
De tankdop voorzichtig losdraaien,
zodat de heersende overdruk zich
langzaam kan afbouwen en er geen
benzine uit de tank kan spuiten.
Uitsluitend op een goed geventileerde
plek tanken. Als er benzine werd
gemorst, het motorapparaat direct
schoonmaken – de kleding niet in
aanraking laten komen met de benzine,
anders direct andere kleding
aantrekken.
Op de motoreenheid kan zich stof
ophopen, vooral rondom de carburateur.
Als het stof met benzine wordt
doordrenkt, ontstaat er brandgevaar.
Regelmatig het stof van de
motoreenheid verwijderen.
Op lekkages letten! Als er
benzine weglekt de motor
niet starten – levensge-
vaar door verbranding!
De doorslijpmachines kunnen met
verschillende tankdoppen zijn uitgerust:
Bajonettankdop
De bajonettankdop nooit met behulp van
gereedschap opendraaien of sluiten. De
dop kan hierbij worden beschadigd en er
kan benzine weglekken.
De bajonettankdop na het tanken
zorgvuldig sluiten.
TS 700, TS 800