Display
Instelling door aan de instelknop te draaien Instelbereik
Instellen van de actuele maand
Instellen van het actuele jaar
Tabel 6.1 Toestelparameters (vervolg)
h
Aanwijzing!
U kunt de toestelparameters en de tijdprogram-
ma's naar de fabrieksinstelling resetten door de
toets programmering ca. tien sec. lang in te
drukken. De tekst op het display knippert dan
drie keer en alle parameters worden naar de fa-
brieksinstelling gereset.
6.3
Drukvereffening in het zonnesysteem
uitvoeren
De lucht die zich in het collectorveld bevindt, warmt zich
tijdens de installatie van het volledige zonnesysteem op.
Dit betekent dat de dichtheid van de lucht in de collec-
tor daalt.
8
7
6
Afb. 6.1 Drukvereffening in het zonnesysteem uitvoeren
Bij het eerste opstarten van het zonne-energiesysteem
verlaat de hete lucht de collector (8) en stroomt in de
duidelijk koelere spiraalbuis (6) van de zonneboiler,
waar de lucht afkoelt. Dit leidt tot een onderdruk in het
systeem.
Installatie- en onderhoudshandleiding auroSTEP plus 0020097006_00
1 – 12
2000 – 2215
Omdat een onderdruk in het systeem tot pompgeluiden
kan leiden en het vermogen van de collectorpomp en
vooral de levensduur ervan verkort, is het bij de eerste
inbedrijfstelling absoluut noodzakelijk om eenmalig een
drukvereffening uit te voeren. Het drinkwater in het on-
derste bereik van de boiler moet hierbij koud zijn, dat
betekent dat de temperatuur bij de onderste boilervoe-
ler Sp2 onder 30 °C moet liggen.
h
• Sluit een slang (3) (ca. 1,5 m lang) op de bovenste vul-
aansluiting aan.
• Leid het slanguiteinde in een voor collectorvloeistof
geschikte opvangbak (4). Houd de slang zodanig in de
opvangbak dat de lucht erin kan stromen.
• Dompel het slanguiteinde niet in de collectorvloeistof,
zodat u tegen eventueel naar buiten komende hete
damp en collectorvloeistof beschermd bent.
H
1
2
• Schakel het zonnesysteem in door de stroomtoevoer
3
bij de nettoevoerleiding in te schakelen en op de
thermostaat de bedrijfsfunctie
zon voldoende schijnt, loopt nu de collectorpomp (5)
5
4
meerdere minuten lang met maximaal toerental.
• Als de zon niet schijnt, moet u aan de zonne-ener-
gieregelaar de l- en de F-toets tegelijk drie sec. lang
indrukken. De collectorpomp loopt dan, onafhankelijk
van de inschakelverschillen voor de in de thermostaat
ingestelde vultijd van het zonnesysteem in de vulmo-
dus.
Inbedrijfstelling 6
Instelling in de fabriek
0
2000
Aanwijzing!
Als de drukvereffening uitgevoerd is, is een her-
haling niet vereist zolang het zonnesysteem
niet geopend wordt!
Gevaar!
Gevaar voor verbranding of brandwonden!
Als de ventilatie van het systeem niet volgens
deze beschrijving uitgevoerd wordt, bestaat het
gevaar voor verbrandingen die door hete damp
of collectorvloeistof veroorzaakt worden.
te kiezen. Als de
BE
19
NL