Nederlands
bedrijf hoger wordt dan 70°C,dan schakelt
het beveiligingscircuit de maaier onmiddellijk
uit om de accu te beschermen tegen
hitteschade. De stroomindicator op de
maaier brandt oranje en de LED op de accu
knippert rood.
Laat de beugelschakelaar los, wacht tot de
accu is afgekoeld tot ongeveer 65°C en start
de maaier vervolgens opnieuw.
Maaitips
11.3
MEDEDELING: Een scherp snijblad zal de
prestaties van de maaier aanzienlijk
verbeteren, vooral bij het maaien van hoog
gras. Controleer de scherpte van het snijblad
voordat u gaat maaien.
• Controleer of het gazon vrij is van stenen,
stokken, draden en andere voorwerpen
die de gazonmaaier of motor kunnen
beschadigen. Dergelijke voorwerpen
kunnen per ongeluk door de maaier in alle
richtingen worden geslingerd en kunnen
ernstig persoonlijk letsel veroorzaken bij
de gebruiker en andere personen.
WAARSCHUWING: Als u een vreemd
voorwerp raakt, dan stopt u de motor en
verwijdert u de accu.
• Inspecteer de maaier grondig op
eventuele schade en repareer de schade
voordat u de maaier opnieuw start en
gebruikt. Overmatige vibratie van de
maaier tijdens bedrijf is een indicatie van
schade. De machine moet onmiddellijk
worden geïnspecteerd en gerepareerd.
• Voor de beste resultaten kunt u beter niet
in cirkels maaien. Rijd heen en weer over
het gazon.
• Verlaag bij het maaien van dik gras uw
loopsnelheid om een effectievere snede
en een goede afvoer van het gemaaide
gras mogelijk te maken.
• Voor een gezond gazon kunt u het beste
slechts een derde of minder van de totale
lengte van het gras afmaaien. Het gras
van een gemiddelde gazon moet tijdens
koele maanden ongeveer 4 tot 5 cm
(1,5 tot 2 inch) lang zijn en tijdens warme
maanden 5 tot 8 cm (2 tot 3,25 inch).
114
Hellingsmeter
11.4
WAARSCHUWING: Maai geen helling met
een hoek groter dan 15° (een stijging van
ongeveer 0,75 m (2,5 vt) per 3 m (10 vt).
Maai heen en weer over hellingen en nooit
op en neer.
Fijnhaktips
11.5
WAARSCHUWING: Inspecteer het gebied
waar de maaier moet worden gebruikt en
verwijder alle stenen, stokken, draad en
ander afval dat door het roterende blad kan
worden weggeslingerd.
• Laat de schakelaar los om de rotatie van
het maaimes uit te schakelen wanneer u
een gebied met grind oversteekt;
grindstenen kunnen door het draaiende
snijblad worden weggeslingerd.
• Stel de maaier in op de hoogste
maaihoogte bij het maaien op een
oneffen ondergrond of bij hoge groei.
• Voor effectief fijnhakken mag u geen nat
gras maaien; het heeft de neiging aan de
onderkant van de maaimesbehuizing te
blijven plakken, waardoor goed fijnhakken
van het gras wordt voorkomen. De beste
tijd om gras te maaien is in de late
namiddag, wanneer het gras droog is en
het nieuw gemaaide gebied niet wordt
blootgesteld aan direct zonlicht.
• Voor de beste fijnhakprestaties stelt u de
maaihoogte zo in dat ongeveer een derde
van de lengte van het gras wordt
afgemaaid, idealiter niet meer dan 4cm (1
1/2") tegelijk. Als het gras te lang is
geworden, dan kan het nodig zijn om de
maaihoogte te verhogen om het maaien
te vergemakkelijken en overbelasting van
de motor te voorkomen. Vertraag uw
maaisnelheid bij hoog of dik gras. Voor
het fijnhakken van extreem dik of hoog
gras is het raadzaam eerst op een hoge
maaihoogte te maaien en vervolgens
opnieuw te maaien tot de uiteindelijke
maaihoogte. Maak anders smallere
maaibanen en maai langzaam.
ZORG ER ALTIJD VOOR DAT HET SNIJBLAD
SCHERP IS.