Installatiehandleiding
Afbeelding 23: Aardaansluitingen voor meerdere omvormers
BESTURINGSAANSLUITINGEN
De besturingsaansluitingen (analoge ingangen/uitgangen, digitale
ingangen/uitgangen) moeten plaatsvinden op de klemlijst XC1 van
paneel CC11.
XC1
klemlijst
Oraria
1
REF+
2
AI1+
≥5 kΩ
3
AI1-
4
REF-
Antioraria
5
AI2+
6
AI2-
rpm
7
AO1
AGND
8
(24 V)
amp
9
AO2
AGND
10
(24 V)
11
DGND*
12
COM
13
24 Vdc
14
COM
15
DI1
16
DI2
17
DI3
18
DI4
19
DI5
20
DI6
21
NC1
22
23
NO1
24
NC2
25
26
NO2
27
NC3
28
29
NO3
Afbeelding 24: Signalen op connector XC1 - digitale ingangen werken
als 'Active High'
OPMERKING!
Om naar 'Active Low' te wisselen, verplaatst u de
draadbruggen tussen XC1:11 en 12, plaats u deze
draadbruggen tussen XC1:12 en 13 en verbindt u de
gemeenschappelijke punten van de schakelaars op
DI1 t/m DI6 met XC1:11, in plaats van XC1:13.
134 | CFW-11
Standaardinstelling functie
Positieve referentie voor
potentiometer (5,4 V ± 5 %).
Analoge ingang 1:
Toerentalreferentie (remote).
Negatieve referentie voor
potentiometer (-4,7 V ± 5 %).
Analoge ingang 2:
Geen functie.
Analoge uitgang 1:
Toerental.
Referentie (0 V) voor de
analoge uitgangen.
Analoge uitgang 2:
Motorstroom.
Referentie (0 V) voor de
analoge uitgangen.
Referentie (0 V) voor de 24 V
DC voeding.
Gemeenschappelijk punt van
de digitale ingangen.
24 V DC voeding.
Gemeenschappelijk punt van
de digitale ingangen.
Digitale ingang 1:
Start/Stop.
Digitale ingang 2:
Draairichting (remote).
Digitale ingang 3:
Geen functie.
Digitale ingang 4:
Geen functie.
Digitale ingang 5:
Jog (remote).
Digitale ingang 6:
2e stijg-/daallijn.
Digitale uitgang 1 DO1 (RL1):
Geen storing.
C1
Digitale uitgang 2 DO2 (RL2):
N > N
- toerental > P0288.
C2
X
Digitale uitgang 3 DO3 (RL3):
N* > N
- toerentalreferentie
X
C3
> P0288.
1
XC1
29
Standaardfunctie
DIP-
Signaal
af fabriek
switch
Toerentalreferentie
UIT: 0 t/m 10 V (fabrieksinstelling)
AI1
S1.4
(remote)
AAN: 4 t/m 20 mA / 0 t/m 20 mA
UIT: 0 t/m ±10 V (fabrieksinstelling)
AI2
Geen functie
S1.3
AAN: 4 t/m 20 mA / 0 t/m 20 mA
UIT: 4 t/m 20 mA / 0 t/m 20 mA
AO1
Toerental
S1.1
AAN: 0 t/m 10 V (fabrieksinstelling)
UIT: 4 t/m 20 mA / 0 t/m 20 mA
AO2
Motorstroom
S1.2
AAN: 0 t/m 10 V (fabrieksinstelling)
Afbeelding 25: DIP-switches voor het instellen van het signaaltype bij
analoge ingangen en uitgangen
OPMERKING!
Voor meer informatie over de veiligheidsstopfunctie (STO
- Safe Torque Off), raadpleeg de gebruikershandleiding
die kan worden gedownload op: www.weg.net.
Typische besturingsaansluitingen
Besturingsaansluiting 1 - Start/Stop-functie bestuurd vanaf het
bedieningspaneel (lokale modus).
Met deze besturingsaansluiting kan de omvormer in de lokale modus
worden gestart met de standaard fabrieksinstellingen.
Deze bewerkingsmodus is aanbevolen voor beginnende gebruikers,
aangezien geen aanvullende besturingsaansluitingen vereist zijn.
Besturingsaansluiting 2 - 2-draads Start/Stop-functie (remote
modus).
Dit bedradingsvoorbeeld geldt alleen voor de standaard
fabrieksinstelling en als de omvormer in de remote modus is gezet.
Met de standaard fabrieksinstellingen wordt de keuze van de
bedieningsmodus (lokaal/remote) uitgevoerd via de HMI-toets
(lokale modus is standaard). Met de instelling P0220 = 3 wijzigt u
de standaardinstelling van de HMI-toets
Gleuf 5
Gleuf 1 (wit)
Gleuf 2 (geel)
Gleuf 3 (groen)
Gleuf 4
Keuze
Fabrieksinstelling
UIT
UIT
AAN
AAN
op de remote modus.