de werkduur. Het symbool timer blijft tijdens de werkduur oplichten.Als de
ingestelde werkduur is verstreken schakelt de kachel (zonder signaal) uit.
De werkduur kan tussentijds worden bijgesteld door weer 2x op de
activeringstoets te drukken en de procedure te herhalen. De kachel vergeet de
oude instelling en hanteert de nieuw ingestelde werkduur.
Vermogen selecteren
Door tijdens de werking op de keuzetoets hoog/laag vermogen (6) te drukken
schakelt u over van hoog (HI) naar laag (LO) vermogen, of andersom.
Uitschakelen
Door 3 seconden op de activeringstoets te drukken schakelt u alle functies uit.
Het display dooft maar het lampje 'kachel aan' (POWER) blijft branden.
Om de kachel helemaal uit te schakelen zet u de hoofdschakelaar op ' uit' (O).
Neem daarna de stekker uit het stopcontact.
Kinderslot
Door tijdens de werking de 'hoger' en 'lager'-toets gelijktijdig 3 seconden in te
drukken zet u de kachel op het kinderslot. Op het display verschijnt even een
vierkantje, daarna weer de instellingen. Wordt er nu op een toets gedrukt dan
verschijnt het vierkantje weer even, maar er verandert niets.
U deblokkeert de kachel door 3 seconden op de activeringstoets te drukken en
vervolgens de 'hoger' en 'lager'-toets weer gelijktijdig 3 seconden in te drukken.
Beveiligingen
De oververhittingbeveiliging schakelt de kachel uit wanneer hij inwendig te heet
wordt. Dat kan gebeuren wanneer de kachel zijn warmte onvoldoende kan afgeven
of te weinig frisse lucht kan aanzuigen. Doorgaans is de oorzaak dus (gedeeltelijke)
afdekking van de kachel, verstopping van de aanzuig- en/of uitblaasroosters,
plaatsing te dicht bij bijv. een muur enz. De kachel zal na afkoeling ook weer
automatisch in werking treden maar als de oorzaak niet is weggenomen dreigt
herhaling, met alle gevaren vandien. Bij oververhitting dient u de kachel uit te
schakelen en de stekker uit het stopcontact te nemen. Geef de kachel tijd om af te
koelen, neem de reden van de oververhitting weg en stel de kachel weer in gebruik.
Wanneer het probleem blijft optreden of u geen reden voor de oververhitting kunt
vinden, de kachel onmiddellijk uitschakelen en de stekker uit het stopcontact nemen.
Neem contact op met een servicepunt voor reparatie.
Schoonmaak en Onderhoud
Houd het kacheltje schoon. Neerslag van stof en vuil in het apparaat is een
veelvoorkomende reden van oververhitting! Verwijder dat dus geregeld. Schakel voor
schoonmaak- of onderhoudswerk het kacheltje uit, neem de stekker uit het
stopcontact en laat het kacheltje afkoelen.
Neem de buitenzijde van het kacheltje regelmatig af met een droge of goed-
uitgewrongen vochtige doek. Gebruik geen scherpe zeep, sprays, schoonmaak-
of schuurmiddelen, was, glansmiddelen of enige chemische oplossing!
Wanneer de kachel hangt ook de achterzijde en de ruimte achter de kachel
schoonmaken. Neem daartoe de kacherl van de wand, zie " Installatie –
hangend".
Zuig met de stofzuiger voorzichtig stof en vuil uit de roosters en controleer of de
luchtinlaat- en uitblaasopeningen schoon zijn. Let erop tijdens het schoonmaken
op geen inwendige onderdelen aan te raken c.q. te beschadigen!
De kachel bevat verder geen onderdelen die onderhoud behoeven.
8