NA GEBRUIK VAN DE MACHINE
Als u klaar bent, moet u de volgende handelingen uitvoeren voordat u machine achterlaat:
1.
Verwijder de borstel/padhouder zoals in het betreffende deel wordt uitgelegd.
2.
Leeg de tanks (16 en 17) aan de hand van de specifi eke delen in de handleiding.
3.
Voer de onderhoudswerkzaamheden uit die na gebruik van de machine moeten worden uitgevoerd (zie het hoofdstuk
Onderhoud).
4.
Zet de machine op een droge, schone plaats en houd de borstel/padhouder en de trekker gedemonteerd of omhoog.
LANGE PERIODE VAN STILSTAND
Als de machine langer dan 30 dagen niet wordt gebruikt, is het raadzaam de volgende handelingen uit te voeren:
1.
Voer de handelingen uit het deel 'Na gebruik van de machine' uit.
EERSTE GEBRUIKSPERIODE
Na de eerste 8 uur moet u de bevestiging van alle bevestigings- en aansluitingsorganen van de machine controleren. Controleer of
de zichtbare onderdelen intact zijn en geen lekkage vertonen.
ONDERHOUD
De levensduur van de machine en de optimale veilige werking ervan worden geholpen door nauwkeurig en regelmatig onderhoud.
Hieronder staat het schema voor regelmatig onderhoud. De aangegeven perioden zijn afhankelijk van de specifi eke
werkomstandigheden en worden bepaald door de verantwoordelijke persoon voor onderhoud.
LET OP!
De onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd terwijl de machine is uitgeschakeld en de
voedingskabel van het stroomnet is ontkoppeld.
Lees echter eerst aandachtig de instructies in het hoofdstuk Veiligheid door, voordat u de
onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
Alle regelmatige of buitengewone onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door bevoegd personeel of bij een
bevoegd servicecentrum.
In deze handleiding staan na het normale onderhoudsschema alleen de eenvoudigste en meest voorkomende
onderhoudsprocedures.
De procedures voor de onderhoudswerkzaamheden die niet in het vastgelegde onderhoudsschema staan, vindt u in de
werkplaatshandleiding, die bij de verschillende servicecentra ligt.
ONDERHOUDSSCHEMA
Procedure
Controle van de voedingskabel
Reiniging van de trekker
Reiniging van de borstel/pad
Reiniging van de tanks, van het aanzuigrooster met vlotter
en controle van de pakking van de afdekking
Controle en vervanging van de rubbers van de trekker
Reiniging van het fi lter van het reinigingsmiddel
Reiniging van het fi lter voor de motor van het
aanzuigsysteem
Controle van de bevestiging van schroeven en moeren
Controle of vervanging van de koolborstels voor de motoren
van de borstel/padhouder
Controle of vervanging van de koolborstels van de motor
van het aanzuigsysteem
(1)
En na de eerste 8 bedrijfsuren.
(2)
Onderhoud uit te voeren door een bevoegd servicecentrum van Nilfi sk.
GEBRUIKSAANWIJZING
Dagelijks, na
gebruik van de
machine
CA 451 / CA 531
909 6750 000(3)2009-06 A
Wekelijks
Maandelijks
(1)
NEDERLANDS
Jaarlijks
(2)
(2)
13