2) ALGEMEEN
Het bedieningspaneel LEO Cwordt door de fabrikant met standaard instellingen
geleverd. Wat voor wijziging dan ook moet worden ingesteld door middel van
het geïntegreerde programmeerbare display of door middel van de universele
programmeerbare palmtop.
De voornaamste kenmerken zijn:
-
Controle van 1 een- of driefasige motor
-
Gescheiden ingangen voor de veiligheden
-
Configureerbare bedieningsinputs
De kaart is uitgerust met een verwijderbare verbindingsstrip om het onderhoud
of de vervanging eenvoudiger te maken. De kaart wordt geleverd met een serie
voorbedrade bruggen om het werk van de installateur te vergemakkelijken.
De bruggen hebben betrekking op de klemmen: 70-71, 70-72, 70-74, 76-77.
Als bovengenoemde klemmen gebruikt worden, de desbetreffende bruggen
verwijderen.
CONTROLE
Het paneel LEO Cvoert de controle uit van de bedrijfsrelais en van de
veiligheidsinrichtingen (fotocellen), vóór het uitvoeren van iedere openings- en
sluitingscyclus. In geval van storingen de normale werking van de aangesloten
inrichtingen en de bekabelingen controleren.
Klem
L1
L2
L3
N
L1
L2
L3
N
10
11
12
10
11
12
20
21
26
AUX 3 - VRIJ CONTACT (N.O.)
27
41
42
43
50
51
52
60
61
62
63
64
65
70
71
72
73
74
75
76
77
78
Y
#
54 -
LEO C
INSTALLATIEHANDLEIDING
Definitie
FASE
-
Eénfasige voeding 230V~ ±10%, 50-60Hz, (FIG. D)
NEUTRAAL
NEUTRAAL
LIJN 1
LIJN 2
Driefasen voeding 400V~ ±10%, 50-60Hz (FIG. E)
LIJN 3
NEUTRAAL
M
Aansluiting eenfasige motor (FIG. D)
N
B
U
Verbinding driefasen motor (FIG. E)
V
W
LAMP 230v
Uitgang zwaailicht 230V max 400W.
Contact N.O. (24 V~/3W max).
LET OP! Contact parallel aan het contact van de radio-ontvanger.
(Max 24V 3W)
- REF SWE
Gemeenschappelijk eindaanslag
SWC
Sluitingsaanslag SWC (N.C.)
SWO
Openingsaanslag SWO (N.C.)
24V-
Uitgang voeding accessoires.
24V+
Uitgang voeding voor trusted veiligheidsinrichtingen (zender fotocellen en zender gevoelige rand).
24 Vsafe+
Uitgang alleen actief tijdens de manoeuvrecyclus.
Normaal
Normaal ingangen IC 1 en IC 2
Configureerbare ingang van commando 1 (N.O.) - Default START E.
IC 1
START E / START I / OPEN / CLOSE / PED / TIMER / TIMER PED
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de commando-ingangen".
Configureerbare ingang van commando 2 (N.O.) - Default PED.
IC 2
START E / START I / OPEN / CLOSE / PED / TIMER / TIMER PED
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de commando-ingangen".
Normaal
Normaal ingangen IC 3 en IC 4
Configureerbare ingang van commando 1 (N.O.) - Default OPEN.
IC 3
START E / START I / OPEN / CLOSE / PED / TIMER / TIMER PED
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de commando-ingangen".
Configureerbare ingang van commando 2 (N.O.) - Default CLOSE.
IC 4
START E / START I / OPEN / CLOSE / PED / TIMER / TIMER PED
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de commando-ingangen".
Normaal
Normaal ingangen STOP, SAFE 1 en SAFE 2
Het commando onderbreekt de manoeuvre. (N.C.)
STOP
Indien niet gebruikt, de brug niet verwijderen.
Configureerbare veiligheidsingang 1 (N.C.) - Default PHOT.
SAFE 1
PHOT / PHOT TEST / PHOT OP / PHOT OP TEST / PHOT CL / PHOT CL TEST / BAR / BAR TEST / BAR 8K2
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de veiligheidsingangen".
FAULT 1
Ingang controle veiligheidsinrichtingen aangesloten op SAFE 1.
Configureerbare veiligheidsingang 2 (N.C.) - Default BAR.
SAFE 2
PHOT / PHOT TEST / PHOT OP / PHOT OP TEST / PHOT CL / PHOT CL TEST / BAR / BAR TEST / BAR 8K2
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de veiligheidsingangen".
FAULT 2
Ingang controle veiligheidsinrichtingen aangesloten op SAFE 2.
Normaal
Normaal ingangen SAFE 3
Configureerbare veiligheidsingang 3 (N.C.) - Default PHOT OP.
SAFE 3
PHOT / PHOT TEST / PHOT OP / PHOT OP TEST / PHOT CL / PHOT CL TEST / BAR / BAR / TEST
Raadpleeg de tabel "Configuratie van de veiligheidsingangen".
FAULT 3
Ingang controle veiligheidsinrichtingen aangesloten op SAFE 3.
Ingang antenne.
ANTENNE
Een antenne gebruiken afgestemd op 433MHz. Voor de aansluiting Antenne-Ontvanger coaxiaalkabel RG58
gebruiken. De aanwezigheid van metalen massa's op de antenne, kan de radio-ontvangst storen. In geval van
SHIELD
gebrekkige reikwijdte van de zender, de antenne naar een meer geschikt punt verplaatsen.
3) TECHNISCHE GEGEVENS
Voeding
Isolatie netwerk/lage spanning
Bedrijfstemperatuur
Thermische beveiliging
Diëlektrische sterkte
Maximum vermogen motor
Voeding accessoires
AUX 3
Knipperlicht
Afmetingen
Zekeringen
Beschermingsgraad
(*
andere voedingen beschikbaar op aanvraag)
4) AANSLUITINGEN AANSLUITKAST Fig. B
Beschrijving
230V~ ±10%, 50-60Hz* EÉNFASIGE
400V~ ±10%, 50-60Hz* DRIEFASIG
> 2MOhm 500V
-10 / +55°C
Binnen in de motor
netwerk/bt 3750V~ gedurende 1 minuut
1270 W
24V~ (500mA max. absorptie)
24V~safe (500mA max. absorptie)
N.O. contact
(24V~/3W max.)
230V~ 40W max
zie Fig. A
zie Fig. B
IP54