NL
Montagehandleiding MAXIMO Evolution Active / MAXIMO Evolution Dynamic
3
Inbouwen
3.1
Stoel demonteren/inbouwen
Opgelet:
Tijdens het demonteren en monteren van de stoelen moet er in verband
met verhoogd gevaar voor verwondingen op worden gelet dat er geen
bedieningselementen, met name de instelling in lengterichting, in
werking worden gezet.
1 Stoel volgens de aanwijzingen van de betreffende voertuigfabrikant
demonteren.
2 Indien het inbouwoppervlak oneffen is:
Zorg voor een effen inbouwoppervlak na overleg met de voertuigfabri-
kant.
3 Stoel volgens de aanwijzingen van de betreffende voertuigfabrikant in
de bodem inbouwen.
Nota:
Het aandraaimoment van de bevestigingsschroeven moet bij de voer-
tuigfabrikant worden opgevraagd.
3.2
Elektrische aansluiting (afb. 3.2.1 en 3.2.2, blz. 72)
1 Controleer vooraleer u met het inbouwen begint de beveiliging van de
stoel en vergelijk deze met de technische gegevens van het voertuig.
Nota:
Let bij de aansluiting in de zekeringkast erop, dat de zekering van de
gekozen stroomkring het voorgeschreven amperage voor de stoel en de
kabelboom niet overschrijdt.
2 De beveiliging van de stoel moet ten minste 15 A bedragen.
Als de beveiliging te gering is, moet in een geautoriseerde werkplaats
een voedingsdraad overeenkomstig de technische gegevens van de
stoel worden geïnstalleerd. Kies hiervoor een stroomkring die bij de
uitschakeling van de ontsteking losgekoppeld wordt.
3 Opdat er bij de aansluiting geen kortsluitingen kunnen optreden moet
vóór het inbouwen de ontsteking uitgeschakeld en de massakabel van
de minpool (-) van de accu worden afgeklemd.
4 Bepaal de plus- en mindraad van de voertuigstekker.
42
01/2011