De onderdelen van
de kachel
vanuit een technische ruimte zonder het ventilatiesysteem van uw
huis te verstoren of de luchtkwaliteit van de woning te beïnvloeden.
Convectiekachels uitgerust met een buitenluchtinname zijn zeer
goed geschikt om in laagenergiewoningen te worden geïnstalleerd.
BRANDSTOF
In de kachel kunnen alle houtsoorten worden verbrand. Gebruik
brandhout met een diameter van ca. 4–10 cm en kloof rond hout.
Aanbevolen brandhoutlengte is 25–33 cm.
Gebruik alleen droog hout, met een vochtgehalte van minder
dan 20 %. Dit vochtgehalte wordt bereikt door brandhout ten
minste een jaar afgedekt buiten te bewaren, liever nog twee
jaar. Binnen bewaard hout is te droog en verbrandt daardoor
te snel. Bewaar het te verbranden hout een paar dagen voor
gebruik bij kamertemperatuur, zodat het kan opwarmen en het
oppervlak kan drogen. Gebruik van vochtig brandhout leidt tot
roetvorming, tot schadelijke emissies voor het milieu en verlaagt
het verbrandingsrendement.
Denk eraan dat de kachel niet bedoeld is voor het verbranden
van afval. Gebruik in geen geval licht-ontbrandbare vloeibare
brandstoffen op het moment van stoken, ook niet voor het
aansteken van de kachel.
Speksteenoppervlak
Deurlijst
Deurglas
Vuurbed-
Deurgreep
panelen
(Vaste handgreep
als standaard,
afneembare
handgreep als
accessoire)
Luchtregelhendel
Rooster en
Aslade
(Accessoires
Luchtrooster
voor de
modellen
Lako, Juva,
Kelo)
Voor het stoken van de convectiekachel zijn de volgende
materialen verboden: drukwerk, spaanplaat, plastic, rubber,
vloeibare brandstoffen, afval (bijv. melkpakken), gelakt, geverfd
of geïmpregneerd hout alsmede fossiele brandstoffen. Gebruik
van voornoemde materialen bij het stoken is verboden, omdat
ze bij verbranding schadelijke emissies voor gezondheid en milieu
voortbrengen. Ook kunnen ze schade toebrengen aan de kachel en
de schoorsteen, wat ertoe leidt dat de garantie komt te vervallen.
DE EERSTE STOOKBEURT
Bij de eerste stookbeurt wordt de kachel ingestookt. De kachel
wordt dan met een kleine vlam en slechts een kleine hoeveelheid
hout gestookt, omdat alle materialen moeten wennen aan de
warmtebelasting. Een zorgvuldig uitgevoerde eerste stookbeurt
beschermt de vuurbedpanelen tegen scheuren, het verfoppervlak
tegen beschadigingen en de inwendige kachelmaterialen tegen
vervormingen.
Verwijder alle eventueel nog aanwezige stickers, hulpmiddelen
en bij het transport gebruikte beveiligingen voor u begint met de
eerste stookbeurt. Controleer ook of de vuurbedpanelen goed op
hun plaats zitten.
Begin, na deze voorbereidingen, de kachel langzaam ten minste
een uur lang te stoken. Laat de kacheldeur bij de eerste stookbeurt
Convectiekanaal
Standen van de
luchtregelhendel
Convectierooster
A) Verbrandingslucht volledig dicht
Werking van de
luchtregelhendel
B) Verbrandingslucht volledig open
–
+
op een kier staan (ca. 1–2 mm) om te voorkomen dat de afdichting
van de deur aan de verf vastplakt.
De metalen onderdelen van de kachel zijn beschermd door
hittebestendige verf. Tijdens de eerste stookbeurt wordt de verf
tijdelijk zacht en daarna geleidelijk aan hard. Denk eraan dat tijdens
de verzachtingsfase, het verfoppervlak gevoeliger is voor schade
door aanraking met de handen of andere voorwerpen.
De verharding van de verf gaat gepaard met geuren, die na
verloop van tijd verdwijnen. Voorkom verblijf in dezelfde kamer
met de verfdampen, omdat die hoofdpijn en misselijkheid kunnen
veroorzaken.
Vergewis u ervan dat zich in dezelfde ruimte ook
geen kleine dieren of vogels bevinden. We raden aan om ook de
luchtinname van het aquarium (indien toepasselijk) stop te zetten
tijdens de eerste stookbeurt.
Zorg tijdens de eerste stookbeurt en daarna voor een goede
ventilatie in huis ter verwijdering van de verfdampen. In een huis met
meer verdiepingen wordt aangeraden alle verdiepingen te ventileren.
25